HOE WORD IK EEN KOPPELAAR? (IN 330 EENVOUDIGE STAPJES) DOOR IZZYLOVE - Manon Sikkel (Moon)

Na jaren van kinderjuryprijzen voor Francine Oomen was het dit jaar Manon Sikkels laatste IzzyLove boek dat de meeste stemmen kreeg in de oudste categorie. En ik moet me schamen. Ik had nog geen enkel IzzyLove boek gelezen, heb dat nu wel gedaan, en: wat een leuk boek! Isa is met haar vrienden Cato en Jules gestrand op een parkeerplaats, op weg naar een droomvakantie. Haar rest niets meer dan haar roeping uit te voeren: die van koppelaarster. Dat loopt natuurlijk heel anders dan ze verwacht. Maar het plezier van dit boek zit 'm in de details. Het is níét van dik hout, het is níét naar-populair, het is níét ongenuanceerd (vaak onterechte vooroordelen bij publieksboeken). Uiteraard is IzzyLove familie van de Hoe Overleef Ik-boeken van Francine Oomen, maar dan wel eigenzinnige familie. Isa is een meisje om leuk te vinden en Manon Sikkel is een schrijfster om te blijven volgen.  

DE KAR VAN DE KONING - Leo Timmers (Querido)

Een kartonboek van Leo Timmers, dat is altijd bijzonder. Maar deze DE KAR VAN DE KONING hoort weer bij zijn bovenste stapeltje bijzondere boeken. De koning heeft een nieuwe auto gekocht, en goed dan, zijn vrienden mogen er ook een stukje in rijden. Maar hij wil al snel het stuur weer terug, want de een gaat te hoog, de ander door het water en een derde de steile berg op. Timmers heeft de voorstellingen (in vergelijking tot bijvoorbeeld MENEER RENE of BOEM!) dit keer redelijk geconcentreerd gehouden, maar ze zijn toch weer rijk in hun kleuren en hun verfijning. Het is een boek geworden om aan elke kleuter cadeau te doen - en dan krijgen ze er ook die fantastische vormgeving van Maarten Deckers bij! 

CALDER, DE DRAAD VAN ALEXANDER - Sieb Posthuma (Leopold)

In een nieuw prentenboek-over-een-kunstenaar uit de mooie reeks van Uitgeverij Leopold tekent en schrijft Sieb Posthuma over Alaxander Calder. Het is een fantastisch boek geworden. Het verhaalt van Alexanders fascinatie voor draadfiguren en hoe die evolueert naar het ontstaan van zijn Mobile. Wat we zien op de pagina's doet ons duizelen. Van mooi ingehouden draadtekeningen tot exuberante composities, omgeven door het Alexanderfiguurtje én de elementair gekleurde figuren die we later in de mobile terugzien: Posthuma heeft een geweldig kijkboek gemaakt. Het contrast van de inktlijnen met de kleurvlakken is altijd spannend, er zit humor in de houdingen van Alexander als hij zijn net gemaakte constructies bekijkt, het is licht en toch instructief, kortom: een van de mooiste boeken uit de Leopoldserie. Oogstrelend. 

RIDDER FLORIAN MAAKT VRIENDEN - Marjet Huiberts & Philip Hopman (Gottmer) ** EN HOE KOMT TOCH EEN OLIFANT AAN AL DIE KILO'S GRIJS? - Elle van Lieshout & Erik van Os & Alice Hoogstad (Lemniscaat)

Twee fijne prentenboeken. In RIDDER FLORIAN MAAKT VRIENDEN, het vervolg op RIDDER FLORIAN moet Ridder Florian de Bange weer een aantal gevreesde tegenstanders onder ogen zien. Gelukkig valt elk avontuur prettig anders uit dan Florian verwacht, en aan het einde is er zelfs een flinke hoeveelheid nieuwe vriendschap voor hem in zicht. Marjet Huiberts teksten op rijm lezen heerlijk en de bonte tekeningen van Philip Hopman nodigen uit tot kijken en weer kijken. 

De hoofdrol in EN HOE KOMT TOCH EEN OLIFANT AAN AL DIE KILO'S GRIJS? is ook voor de tekenaar. Voor Alice Hoogstad in dit geval. Wat een feest heeft ze van dit boek gemaakt! In het vrolijke gedicht van Elle van Lieshout en Erik van Os gaat Polle met zijn opa naar de dierentuin en stelt eindeloze vragen over het ontstaan van het uiterlijk van de dieren. Hoogstad geeft het antwoord: de olifant werd door een metselaar in elkaar gebaksteend, de leeuw gaat naar de wufte kapper, de flamingo's leren hun krullen van een balletjuf. In haar brede platen is van alles te zien, een buitelende wereld, met verwijzingen naar de kunst, naar de middenstand, naar van alles en nog wat. In kaders aan de rand van de platen zien we zelfs nog méér.

DE ZINGENDE BRULBABY'S - DE LACHENDE KAT/ HET GILLENDE JONGETJE - Mieke van Hooft (Holland)

Mieke van Hooft weet hoe kinderen denken, hoe kinderen spreken. Ze kan geweldig goed een luchtig boek schrijven, dat lekker leest maar nooit onnozel is. In het nieuwe boek over de brulbaby's staat grote broer Storm opnieuw centraal, dit keer krijgt hij eindelijk de hond die hem al zo lang is beloofd. In een omkeerboek krijgen Van Hoofts oudere verhalen HET GILLENDE JONGETJE en DE LACHENDE KAT een nieuw leven. En dat is mooi nieuws, met name voor beginnende lezers. Deze teksten op AVI-niveau blinken uit in waarachtigheid, vrolijkheid en een sterke plot. Superleesboeken voor elke (school)bibliotheek. En dan ook nog die heerlijke tekeningen van Annet Schaap.

IK KAN NOG STEEDS NIET VLIEGEN - Anna Woltz (Leopold)

Luuk (13) en Ida (12) zijn twee van de vijfhonderd kinderen die na de Tweede Wereldoorlog drie maanden naar Denemarken worden gestuurd om aan te sterken. Ze komen op dezelfde boerderij terecht, en maken daar een zomer mee die hen doet groeien – niet enkel letterlijk.

IK KAN NOG STEEDS NIET VLIEGEN is opnieuw een blinkend boek in Anna Woltz’ toch al rijke oeuvre. Een boek, en zeker een historisch boek, binnenkomen, kan soms even doorzetten zijn. Bij Woltz is dat nooit zo. Ze schrijft zo wendbaar dat je het verhaal in dartelt en ongemerkt alle informatie meekrijgt die je moet weten. Luuk en Ida zijn volkomen geloofwaardig, en het boek raakt sterk aan diepere gronden. Een grote aanrader.