Er zijn van die verhalen die vragen, smeken, roepen om tot een serietje uitgebouwd te worden. Zo'n boek is MIJN GEWELDIGE TOVERTANTE. De verhalen over Appie-Happie en zijn tante Cornelia zijn licht en vrolijk, maar daarnaast zijn ze niet wat je van toververhalen zou verwachten. Ze zijn niet clichématig en ook niet eendimensionaal. Appie-Happie's ouders zijn lief, maar ook knorrig. Ze maken flinke ruzie en zijn tegelijkertijd warm. Appie zelf is zowel opgetogen vanwege de plannen van zijn tovertante, alsook radeloos omdat hij niet kan rekenen. En Cornelia? Die is het geinigst: ze kan van alles, maar is ook nuffig en radicaal en wispelturig. Dat alles samen, plus de als vanouds prachtige tekeningen van Thé Tjong-Khing (wat een gezichtsuitdrukkingen en lichaamshoudingen!) maken deze uitgave tot een mooi begin van hopelijk meer.
dinsdag 25 december 2012
HOE OVERLEEFT ROSA IN NEW YORK? - Francine Oomen (Querido)
Er kwam een einde aan HOE OVERLEEF IK, maar Rosa zelf beloofde aan het einde van het dertiende boek dat er een nieuwe serie zou komen, waarin verteld werd hoe het verder gaat. Die serie is er nu. ROSA IN NEW YORK is het eerste deel daarvan en bevat minder lijstjes met survivaltips, maar gelukkig wel nog de contacten die Rosa met haar vrienden heeft (de Rosa-en-co uit de bijbehorende website). Maar evenzeer als over Rosa in New York gaat dit boek over Neuz (Vincent) in Berlijn. Beiden raken behoorlijk aan de grond en beiden vinden hun weg terug naar zichzelf - al dan niet met hulp van een raadsman of -vrouw. Het boek leest weer heerlijk, en opnieuw trekt Francine Oomen zich niet alleen het welzijn van haar hoofdpersonen, maar ook dat van haar lezers aan: ze krijgen mooie, wijze overlevingslessen, die niet saai opgediend worden, maar meekomen in een spannend verhaal. Een sterke herstart.
zaterdag 15 december 2012
HET DING EN IK - Shaun Tan (Querido)
Er verschijnt een Ding, het zet zich eenzaam op een strand en niemand kijkt naar hem om. Behalve de 'ik' uit dit kijk- en leesboek van Shaun Tan. Na wat omzwervingen wordt een plek gevonden, maar sterk van Tan is dat hij niet een voorspelbaar hallelujah-einde biedt. Hij weet het ook niet. Er zijn dingen en mensen waar we niet van weten wat we met ze aan moeten vangen, maar, lijkt dit boek te zeggen, het beste wat we kunnen doen is nadenken, proberen en nog eens proberen. Het visueel prachtig in elkaar gestoken boek (het einde bijvoorbeeld! waar langzaam uitgezoomd wordt en zo woordloos commentaar wordt geleverd op een te massale, verbureaucratiseerde wereld) biedt verhaal, biedt pracht, biedt plezier (die schitterende Dingen!) en een pleidooi voor oplettendheid.
HET DING EN IK werd vertaald door Bart Moeyaert.