Nog maar één jaar geleden betuigde de Belgische koning Filip zijn 'diepste spijt' aan de president van de Democratische Republiek Congo voor de 'geweld- en gruweldaden' die 'ten tijde van Congo-Vrijstaat [...] werden gepleegd'. Behoorlijk laat, aangezien onder bewind van Leopold II, aan het begin van de twintigste eeuw, tussen de acht en tien miljoen Congolzen omgekomen zijn door de gruweldaden van de witte bezetter. Niet voor niets wordt het ook wel de Belgische holocaust genoemd. De Vlaamse auteur Paul Kustermans schreef er in 1999 dit boek over, wat onlangs, naar aanleiding van de excuses, werd herdrukt.
Het boek is één grote aanklacht. Het is geschreven in de vorm van een logboek van Tessa, een meisje dat met haar goedgelovige vader meereist naar wat destijds Congo-Vrijstaat werd genoemd, om daar in opdracht van de koning rubber te gaan laten oogsten. Het eindigt in een bleodbad, waarbij Tessa vanaf het begin de gruweldaden van de bezetter ziet voor wat ze zijn. Natuurlijk is dit boek geen 'own voice'-verhaal, en het is heden ten dage best lastig dat bepaalde woorden die in de context van het historische verhaal gebruikt worden nu echt niet meer kunnen (waaronder het n-woord), maar als dit goedgeschreven, zintuiglijke en boze boek ook maar enkele jongeren de ogen opent voor de afschuwelijke koloniale misdaden, dan rechtvaardigt het deze heruitgave. En de laatste zinnen zijn bijzonder sterk.
184 bladzijden, leeftijd: 14+. Koop dit boek bij je lokale boekhandel, of bestel het hier.