zaterdag 23 september 2017

LAMPJE - Annet Schaap (Querido)

Iedereen zei het al en iedereen had gelijk. Dat Lampje, het schrijfdebuut van Annet Schaap, het wonder van het kinderboekenjaar was. Ik had het alleen nog niet gelezen. Niet omdat ik dat niet wilde, maar juist omdat ik het gráág wilde. Ik wilde de juiste tijd vinden, een tijd met rust en aandacht, want ik wilde absoluut niet dat het tegen zou vallen. Toen wist ik nog niet dat Lampje niet kón tegenvallen. Ik las het nu dus (eindelijk) wel, en ja: iedereen zei het al en iedereen had het gelijk. Lampje is een blinkende parel van een boek. Alles eraan is goed: de uitgave, de prachtige brede tekeningen aan het begin van elk hoofdstuk, de karaktertekening, de plotopbouw, de taal... Het is duidelijk dat uitgeverij Querido hiermee een klassieker het licht heeft doen zien. Een boek dat in alle klassen voor te lezen is, dat in de mooiste traditie van Paul Biegel staat, maar dat toch ook zo sterk en warm van zichzelf is. Lampje en Vis en Lennie zijn personages om van te houden en ach, eigenlijk zijn alle andere figuren dat ook, want Annet Schaap heeft mededogen voor iedereen. Met dit boek is het Nederlandse kinderboekenlandschap een mijlpaal rijker.

donderdag 21 september 2017

HOND IN HET HUIS VAN WOLF - Sylvia Vanden Heede & Marije Tolman (Lannoo)

Sylvia Vanden Heede is natuurlijk al beroemd om haar boeken voor beginnende lezers over Vos en Haas, maar die over Hond en Wolf, met Marije Tolman, beginnen ook al een sterke faam te krijgen. In het nieuwste deel, HOND IN HET HUIS VAN WOLF, vertrekt Wolf uit het bos en Hond moet maar op zijn huis passen. Pup? Die moet achterblijven in het huis van Hond. In een goed verhaal in vrijwel enkel éénlettergrepige woorden voltrekt zich een echt avontuur, inclusief écht enge passages, maar ook met een mooi, rond ploteinde.
De tekeningen van Marije Tolman leggen er een prachtig kleurentapijt onder. Er zit vaart in (de plaat waarop Wolf zich smekend vastklampt aan de poot van hond is heel grappig beweeglijk), maar ook rijke sfeer: de platen met de verbeelde angsten in de nacht van Hond bijvoorbeeld - die zijn spannend en eng, maar nooit té eng. Een heerlijk boek dus, vooral ook voor startende lezers.

HET ALFABET VAN CANDICE PHEE - Barry Jonsberg (Lemniscaat)

Een mooi nieuw jeugdboek uit Australië, en het eerste in het Nederlands vertaalde verhaal van de aldaar vermaarde Barry Jonsberg. Candice houdt van orde en van letterlijkheid: een opdracht als 'beschrijf jezelf aan de hand van een alfabet' is dus heel helder voor haar. Ze neemt er dan ook de ruimte voor - dit boek ís die ruimte. In zesentwintig hoofdstukjes beschrijft Candice haar leven. Haar moeder is depressief en haar vader teleurgesteld. Haar kleine zusje is gestorven en haar rijke lievelingsoom kan niet meer op bezoek komen, omdat er ruzie is tussen hem en Candice' vader. Een gecompliceerd leven dus, maar het fijne aan dit boek is dat het nogal monter is. Met humor en slagvaardigheid gaat Candice aan de slag. In soms hilarische acties brengt ze iedereen bij elkaar. Heel mooi is het om te zien hoe het autisme-achtige karakter van Candice niet als probleem, maar juist als kracht wordt ingezet. De personages zijn warm en levendig, en dus kan ik alleen maar de hoop uitspreken dat er meer boeken van Jonsberg vertaald zullen gaan worden.

Dit boek werd vertaald door Annelies Jorna.

zaterdag 9 september 2017

BLAUWE HOND - Louis de Bernières (De Arbeiderspers)

Achterin dit fijne, kleine verhaal schrijft Louis de Bernières: 'Net als DE ROOIE HOND is dit boek geschreven voor kinderen van twaalf en zal het waarschijnlijk vooral door volwassenen worden gelezen.' Dat laatste is wel waarschijnlijk, aangezien het verschijnt bij De Arbeiderspers, een niet-kinderboeken-uitgeverij, maar het zou zonde zijn. BLAUWE HOND is een heerlijk boek. Het speelt zich af in het bushland van Australië, waar Mick van twaalf tijdelijk gaat wonen. Zijn opa heeft er een cattle station, een onherbergzame plek voor kinderen, met cyclonen en bosbranden. Maar Mick leert er de geweldigste mensen kennen: kluizenaars en surfers die het eenzame geluk najagen, en natuurlijk zijn geweldige opa. Het boek is doortrokken van de geschiedenis van het land en van de Aboriginals, maar gloeit van de liefde. Die van opa voor Mick en terug, die van iedereen voor de betoverende lerares Miss Betty, en vooral die van en voor Blue, de pup die ze vinden. BLAUWE HOND is een heel sterke aanrader voor iedereen die van zintuiglijke, zinderende en ontroerende kleine verhalen houdt.

Dit boek werd vertaald door Susan Ridder, en bevat fijnzinnige pentekeningen van Alan Baker.

donderdag 7 september 2017

ONDER MIJN MATRAS DE ERWT - Ted van Lieshout (Leopold)

De kinderliteratuur - nee, élke literatuur - heeft eigenzinnige makers nodig, mensen die de grenzen opduwen. Ted van Lieshout doet dat. Hij deed dat altijd al, maar zijn nieuwe dichtbundel ONDER MIJN MATRAS DE ERWT is een van zijn allersterkste boeken en dus ook een van die allersterkste breekijzers.
De bundel spreidt, in vijfendertig gedichten, het portret uit van een meisje dat - denk ik - zweeft tussen haar kindertijd en haar puberjaren. Ze kan als een basisschoolleerlinge spelen met de gedachte dat haar moeder haar echte moeder niet is, maar ook samen met een vriendin geïntrigeerd zijn door een exhibitionist in een auto, of zich afvragen of ze misschien méér voelt voor dat vriendinnetje dan enkel vriendschap. De gedichten zijn rijk en lang of juist kort en strak, ze gaan van vrolijk naar serieus en hard - en altijd is er dat zoeken naar de eigen plek, misschien wel gaande gehouden door de metaforische erwt onder het matras, het eigenlijk-ben-ik-een-prinses-gevoel.

Het beeld komt in deze bundel van foto's van door Van Lieshout gemaakte koppen van poppen. Zelf schrijft hij daar in het nawoord over: 'Er zijn mensen die de poppenportretten in dit boek een beetje eng vinden. Dat komt misschien doordat we gewend zijn aan poppen die er mooi en schattig uitzien. Bovendien is het een beetje raar om portretten te maken van poppen alsof het mensen zijn. Toch wilde ik dat graag: foto's maken van poppen die níét snoezig zijn.' Snoezig zijn ze zeker niet, maar ze passen fantastisch bij het wringende gevoel uit de gedichten: ze tonen wezens die peinzen, die dromen of die verdwaald lijken. Steeds is elke kop getooid met iets dat met de gedichten te maken heeft: een tulband van een dweil, een kardinaalsmuts van een 20-euro-briefje (naast een gedicht dat 'negentien vijfennegentig' heet), een diadeem van erwten - en zo nog veel meer. In de ruime inhoudsopgave die voorafgaat aan het boek zien we trouwens drie door Van Lieshout getékende portret van het opgroeiende meisje, waarin hij haar als het ware aan ons voorstelt.

Het is een genot om dit boek tot je te nemen. Niet één, maar twee, zestien of een oneindig aantal keren. ONDER MIJN MATRAS DE ERWT verrijkt de jeugdpoëzie (en toont daarmee meteen de aarzelend op gang komende, maar met deze bundel duidelijk aangetoonde revival ervan aan), maar ook de poëzie-illustratie. ONDER MIJN MATRAS stoot door onze vastgelopen normen heen en is daarmee niet alleen geweldig, maar ook stikbelangrijk.

IS NERGENS ERGENS? - Iris van der Graaf (Nieuwezijds)

IS NERGENS ERGENS? heeft als ondertitel: Verhalen over filosofen en hun ideeën. Dat geeft weer wat dit boek biedt: Iris van der Graaf 'behandelt' bekende filosofen en vertaalt hun ideeën in voor kinderen navolgbare vragen. Dat levert een intrigerend geheel aan kwesties op, zoals: waar denk je aan als je aan de dood denkt? Blijf je dezelfde persoon als je ouder wordt? Ben je altijd zelfverantwoordelijk, of zijn er ook situaties waarin je niets te kiezen hebt?
Van der Graaf schrijft helder en sluit echt aan bij kinderen. Om die reden is dit boek heel goed te gebruiken voor filosofielessen op de basisschool - iets dat sowieso zeer, zeer te propageren valt. Op de achterflap is te zien welke filosofen 'behandeld zijn' en hoe we ze in de tijd kunnen plaatsen. Het gaat dan dus van Leucippus naar Nussbaum, via allerlei grote namen als Kant, Descartes, Kierkegaard Sartre en Arendt.  

MIJN ZUSJE HEEFT HET KLEINSTE HUIS - Merel Eyckerman & Marjet Huiberts (Gottmer) - PLASMAN - Benjamin Leroy & Jaap Robben (Gottmer)

Twee fijne nieuwe Gottmer-prentenboeken: in MIJN ZUSJE HEEFT HET KLEINE HUIS onderzoekt Marjet Huiberts in de fijn rijmende tekst allerlei woonvormen binnen een familie. Flat, bejaardenhuis, villa, rijtjeshuis - maar ook twee tantes samen, een deftige oom en tante, en alleenstaanden. Merel Eyckerman maakte er prachtige prenten bij, waarin de heldere behuizingen (in dunne lijnen) mooi combineren met de figuren van de mensen die ze bewonen. Het kleurgebruik is dat van een frisse nieuwe lentedag: bont maar zacht. Het boek eindigt in een mooie, zichzelf in de compositie omarmende, tekstloze spread waarin alle familieleden bijeenkomen rond de nieuwste aanwinst, het zusje dat even tevoren nog het fijnste, kleinste huisje bewoonde.

In PLASMAN is de stad in gevaar: de Verschrikkelijke Sneeuwman komt eraan. Maar alle superhelden hebben redenen om niet in actie te kunnen komen - en dus moet Plasman het doen. Het boek is een kijkfestijn geworden. De timing die Jaap Robben in zijn tekst legt zie je in beeld gespiegeld, met vele extra effecten. De superheldenmoeders die zich over het (dan nog) nietsnutje Plasman heen buigen, de vliegende Plasman die een strakke rechte lijn naar een urinoir plast, de overzichtsplaten van het stadje, met een piesgeel standbeeld, op elke spread is er grinnikend iets aan te wijzen. Het plezier dat Benjamin Leroy overduidelijk heeft gehad bij het tekenen spettert evenzo vrolijk het boek uit.
  

zondag 3 september 2017

EEN HUIS VOOR HARRY - Leo Timmers (Querido)

Leo Timmers is een van de belangrijkste prentenboekmakers die we hebben. In zijn unieke eigen stijl maakt hij het ene na het andere oogstrelende prentenboek dat tegelijkertijd voor heel, heel veel kinderen is. Ook EEN HUIS VOOR HARRY gaat weer tot mijn rijtje Timmersfavorieten behoren: we zien Harry, een iets te zware huispoes, die op een dag, verleid door een vlinder, zijn huis verlaat en de weg kwijtraakt. In zijn zoektocht naar de weg naar huis ontdekt Harry hoe andere dieren wonen: laag, hoog, klein. In dit verhaal, waaraan natuurlijk een gelukkig einde zit, zijn er meerdere spreads waarvan je het origineel in je kamer wilt hebben hangen. Die van Harry die een duizendpoot ontdekt, bijvoorbeeld. De duizendpoot woont onder een sokkel - daar gaat het ook om, hij woont 'laag'. Maar óp de sokkel ligt een plomp en trots beeld van een groen uitgeslagen koperen leeuw. En als contrast is er een tevreden duif op het achterste van de leeuw gaan zitten - al kijkt hij suf de andere kant op. Een heerlijke compositie. Ook de platen met de aanwijsborden zijn magnifiek. EEN HUIS VOOR HARRY is dus weer vintage Timmers.