Een prentenboek is verschenen - een prentenboek dat meteen naar de top van mijn favoriete boeken van dit jaar steeg. Het is een vertaling van Julián is a mermaid, het debuut van de in Brooklyn woonachtige Jessica Love.
Het gaat over de kleine Julian die wegdroomt zodra hij drie prachtig aangeklede vrouwen ziet in de trein. Hij ziet ze als zeemeerminnen. In zijn droom kan hij zelf met de vissen zwemmen, heeft hij zelf een staart en wordt hem zelf, als een soort zeemeerminnenbekroning, een ketting aangereikt door een mooie, grote vis die een blauwe huid heeft met witte patroontjes erop. Maar dan zijn ze er - bij hun bestemming, met de trein. Dat is het eind van Julians dromerij, of wacht nee - thuis wordt die opnieuw aangewakkerd. En hoe reageert zijn abuela, zijn heerlijke oma, dan? De oplettende kijker heeft intussen allang gezien dat de jurk die ze na het douchen aangetrokken heeft even blauw is als die van de grote droomvis, met dezelfde patroontjes erop.
Alles aan dit boek is fijn. De vanzelfsprekendheid waarmee het zeemeerminnenschap van Julian bevestigd wordt, de levensechte personages (ook die van omstanders, een oude man met een klein wit hondje op schoot bijvoorbeeld, om nog maar niet te spreken van alle oogverblindende jonge vrouwen), de lichaamshoudingen van de kleine ranke Julian en zijn geweldige oma, de bruine ondergrond van de tekeningen, het pastelzachte maar bontfeestelijke kleurgebruik... Felicitaties aan de jonge uitgeverij Randazzo voor deze vondst en voor deze bruisende, belangrijke uitgave in het Nederlands.
Dit boek werd vertaald door Loes Randazzo.