woensdag 9 januari 2019

OME JAAP HEEFT ZEVEN ZUSSEN - Bette Westera, met tekeningen van Jeska Verstegen (Zwijsen)

In een serie die aansluit bij leesmethode Estafette verscheen al een tijdje geleden een heel aardig versjesboek. Het werd geschreven door een van onze bekendste dichters: Bette Westera, In het vrolijke Ome Jaap heeft zeven zussen staan vijftien verzen over familieleden. In strofes met heldere en strak gehanteerde rijmschema's, en met een lekker voorleesbaar metrum, vertelt Westera over verre neven, lelijke ooms en rare tantes.
De tekeningen van Jeska Verstegen zijn met zichtbaar plezier gemaakt, en beslaan steeds een hele bladzijde naast ieder gedicht.

Mijn drie favoriete verzen zijn 'Als' (waarin een jongetje zich afvraagt wat er van hem geworden zou zijn als zijn moeder zijn tante was), 'Ome Jaap' (waarin virtuoos rijmend verteld wordt dat er allerlei apen, schapen, zussen en poezen in het bed van deze oom liggen) en vooral 'Oer-opa', dat gaat over 'de opa van de opa van de opa van de opa van de opa van mijn opa', en zijn dagelijkse bezigheden. Met een heel geinige dubbele laatste strofe (excuus voor de spoiler) -

'Hij was een echte jager.
Hij ging nooit naar de slager,
maar holde door de bossen
en daar schoot hij dan een beest.

Hij zocht met oma samen
naar bessen en naar bramen.
Als hij dat nooit gedaan had,
dan was ik er niet geweest.'

dinsdag 1 januari 2019

DE TUNNELS - Dave Eggers (Moon)

Dave Eggers is een van de schrijvers die ik het meest bewonder. Dat komt door zijn prachtige Wat is de Wat, geschreven op basis van het levensverhaal van Valentino Achak Deng, maar ook door boeken als De monnik van Mokka, Max (en de Wild Things) en het schitterende Helden van de grens. Hij schreef al enkele (niet in het Nederlands vertaalde) prentenboeken, maar vorig jaar kwam dan ook zijn avonturenverhaal De tunnels hier uit.

Het is een recht-toe-recht-aan verhaal geworden, over de twaalfjarige Gran die met zijn ouders en zusje in een klein dorpje komt wonen en op school alleen opgemerkt wordt door de even oude Catalina. Die, als hij haar een keer na schooltijd volgt, door een deur in de grond lijkt te verdwijnen. Gran komt achter het droevige verhaal van het dorp (en van veel andere plekken op aarde), waar bovengronds verdriet heerst, hetgeen ondergronds ruimte maakt voor angstaanjagende Holtes. In een wervelend relaas vertelt Eggers hoe de twee, samen met anderen, de Holtes te lijf gaan.

Het boek heeft een enorme vaart - gaat soms zelfs té snel - en Eggers bedient zich van een ouderwetse vertelstem, die soms zelfs letterlijk genoemd wordt, 'de verteller' geeft dan even aan wat hij denkt, en dat soort boeken zijn we hier niet gewend. Maar De tunnels is daarmee een pretentieloos vlot leesbaar verhaal geworden, met aardige tekeningen van Aaron Renier.

Dit boek werd vertaald door Karin Pijl.