zondag 31 mei 2020

MAANTJE - Sjoerd Kuyper, met tekeningen van Alice Hoogstad (Hoogland & Van Klaveren)

'Maantje (...) kan niet bang en boos zijn tegelijk, dat past niet samen in haar hoofd. De angst zakt als een lift naar haar buik en de woede stijgt als een lift naar haar hoofd. Ze passeren elkaar bij haar hart.'
Dat soort heldere, maar volstrekt originele observaties kan alleen Sjoerd Kuyper schrijven. In het gloednieuwe Maantje staan er een flinke zwik. Nog eentje?
'De hemel is zo helder dat wie ernaar kijkt blauwe ogen krijgt. Zelfs Maantje. En als je naar de weilanden kijkt, worden ze groen. Je ogen.'

Maantje is het verhaal van een uit het nest gevallen baby-eekhoorn. Maantje is de vinder en ze kan aan niets anders dan dat kleine bolletje leven denken, ze wil het koste wat het kost redden. Haar ouders helpen haar - ook al is haar vader bang voor kleine dieren.
Hoe het jonkie gered wordt (want dat wordt het natuurlijk) is niet eens zo van belang, het gaat in dit boek namelijk om de stijl. En de gloed waarin die gedoopt is. Maantje, dat in Kuypers oeuvre duidelijk familie is van zijn onvolprezen reeks over Robin, is zo'n boek waaraan je je meteen op de eerste bladzijde overgeeft. Kuyper schrijft namelijk zo zonnig en kwiek en precies dat de lezer zich verzorgd voelt als dat baby-eekhoorntje zelf.

De fijn-kleurrijke tekeningen van Alice Hoogstad maken het helemaal af. We zien de lange, buigzame, vermakelijke mensenlijven die we van haar kennen terug, maar ook een van haar andere specialiteiten: de stapeling. De schots en scheef op elkaar getilde kooien van de egelopvang staan al op het omslag, maar in het binnenwerk blijken die onderdeel van een nog geiniger (en wankeler) bouwwerk. In de strooitekeningen die tussen de tekst staan toont ze dan juist weer haar warmte. Kortom: vertolkt en vertoond door deze twee kunstenaars werd het dagelijkse verhaal van Maantje een blakend liefdesavontuur.

48 pagina's, leeftijd: 5+
Koop dit boek bij je lokale boekhandel, of bestel het hier.

      

woensdag 27 mei 2020

HET JAAR DAT DE BIJEN KWAMEN - Petra Postert (Ploegsma)

Josy van twaalf was dol op haar pas gestorven opa, en hij laat haar iets heel bijzonders na: zijn bijen. Die worden vooralsnog bij een imkervriendin van opa gestald, Alma, maar uiteindelijk komen ze, tegen de zin van Josy's moeder, in Josy's tuin terecht. Josy leert alles over bijenhouden, ze wordt - zoals alle imkers - voor het eerst gestoken, en verliest zelfs de helft van haar volk omdat de oude koningin uit zwermen gaat. Uiteindelijk raakt ook Josy's vriendje Mirko besmet met de bijenliefde, gebeurt er nog iets verbijsterends wat dringend opgelost moet worden én leert Josy waarom haar opa de bijen nu juist aan háár heeft nagelaten.

Het jaar dat de bijen komen is een vertaling van Das Jahr, als die Bienen kamen, dat genomineerd werd voor de prestigieuze Deutsche Jugendliteraturpreis. Niet verwonderlijk, want behalve dat auteur Petra Postert fijnzinnig en nauwkeurig schrijft is er nog iets anders wat de charme van dit verhaal behoorlijk vergroot: de schuingedrukte korte impressies die aan elk hoofdstuk voorafgaan. Die zijn namelijk geschreven vanuit de bijen. Daarmee krijgt de lezer op een heel natuurlijke manier heel veel informatie over hun leven. Wie Het jaar dat de bijen kwamen uit heeft las niet alleen een warm, psychologisch geloofwaardig hedendaags kinderboek, maar weet ook alles over de schoonheid van dit insect dat al in de dinosaurustijd leefde. Het oeroude zoemen - daar getuigt dit boek van.

186 bladzijden, leeftijd: 10+
Koop dit boek bij je lokale boekwinkel, of bestel het hier
Dit boek werd vertaald door Esther Ottens.

maandag 25 mei 2020

HET KATTENMANNETJE EN ANDERE SPROOKJES - Janneke Schotveld, met tekeningen van vijftien tekenaars (Van Holkema & Warendorf)

Na De kikkerbilletjes van de koning (Vlag en Wimpel 2019) bouwde Janneke Schotveld verder aan haar universum van moderne, inclusieve en diverse sprookjesfiguren. In Het kattenmannetje treffen we daarom weer vele ridsters (bijvoorbeeld in Ali Baba en de veertig ridsters), we treffen meisjesdraak Sjakkelien die van buiten een jongensdraak is (in Vidor en de draak, gelukkig is de draak bij haar tweede optreden in het verhaal bezig aan haar transitie - al wordt dat woord nergens genoemd en is de draak niet de focus van dit verhaal), en er is het ontroerende verhaal van Kees, de laatste ooievaar, die weigert de twee koninginnen een kindje te bezorgen, omdat hij van de oude stempel is. En dan natuurlijk van zijn verstokte denkbeelden terugkomt.

Als een auteur duidelijk plezier heeft in haar of zijn schrijven dan plingt dat door de bladzijden heen - en precies dat gebeurt er als je Het kattenmannetje leest. Soms schuilt die lol in de verwoordingen. Zo staat er in het verhaal van de ongelukkige, gepeste barbiepop Hakketeentje: 'Het was alsof Hakketeentje aan de grond gemagneet zat.' Soms zit die schrijverspret 'm in de anachronistische details (de jaloerse stiefvader die zijn spiegel schoonmaakt met Glassex, de ridsters die zich voortbewegen per racefiets) en soms vind je Schotvelds glunderen terug in de geëngageerde draai die ze meegeeft aan haar onderwerp. Zo gaat De muur van Dompelburg over een etter van een burgemeester die Donnie heet, een petje draagt waarop staat dat hij de baas is, zijn medewerkers ontslaat zodra ze kritiek hebben en een muur wil bouwen om vreemdelingen buiten te houden. Gelukkig kan zijn juf van de basisschool hem, met behulp van wat dwergen, aan. Ook leuk: de details in het ene verhaal die verwijzen naar een ander sprookje - de straatnamen bijvoorbeeld.

Ja, Het kattenmannetje is een blijmoedig, smakelijk boek en hopelijk niet het laatste in dit Schotveld-verhalenrijk. (Nee, het ís niet het laatste: in juni komt Avonturen van de dappere ridster uit, met tekeningen van Milja Praagman!)

160 pagina's, leeftijd: 6+
Koop dit boek bij je lokale boekhandel, of bestel het hier.

  

vrijdag 22 mei 2020

POKKO HEEFT EEN TROMMEL - Matthew Forsythe (De Eenhoorn)

Pokko heeft een trommel is zo'n prentenboek dat een stijl van tekenen etaleert die je nog niet kende, maar waar je meteen meer van wilt zien. De platen van Matthew Forsythe gloeien. In een bonte mix van zachtgeel en felgeel, zachtoranje en feloranje, zachtrood en felrood, van bruin en groen en nauwelijks blauw bloeit de boswereld op waarin hoofdpersoon Pokko en haar kikkerouders (in een paddenstoel) wonen. Pokko heeft een trommel gekregen en haar ouders worden gek van het lawaai. Pokko gaat daarop naar buiten en er ontstaat een dierenfanfare die zijn weerga niet kent.

De tekst is strak en grappig, en het verhaal volgt niet per se de gebaande prentenboekpaden. Mooie vondst dus, van uitgeverij De Eenhoorn. Maar - ik moet het nog een keer benadrukken - de tekeningen zijn de échte kracht van dit boek. Die prachtige patronen van de sprei op het bed van pa en ma kikker, of de oranje, expres vaag gehouden, achtergronden van het bos, of juist de platen waarop ingezoomd wordt en we alleen Pokko's gezichtje maar zien - of anders die schitterende volle plaat met het hele dierenorkest.
Het werk van Forsythe doet tegelijk klassiek als tijdloos aan, en het is te hopen dat zijn oudere boeken, zoals een prachtig werk over diepzeeleven, met tekst van Kate Messner, ook snel vertaald worden.

64 pagina's, leeftijd: 3+
Koop dit boek bij je lokale boekhandel, of bestel het hier.
Dit boek werd vertaald door Marita Vermeulen.

woensdag 20 mei 2020

BIZAR - Sjoerd Kuyper (Hoogland & Van Klaveren)

Sallie Mo, dertien jaar, praat met haar psychiater, dokter Bloem, vijfenzestig jaar. Ze bespreken fictie en waarheid, en Bloem vindt dat Sallie Mo drie maanden niet moet lezen. Dat ze het échte' leven moet ervaren, en daarin het sublieme.
In die drie maanden valt ook Sallie Mo's jaarlijkse kampeertijd (samen met haar moeder, die er voornamelijk mannen haar tent in probeert te lokken). Sallie Mo verheugt zich op het verblijf op het eiland, want Dylan - op wie ze al verliefd was toen ze nog niet geboren was - zal er ook zijn. Ook hij is er met zijn moeder, en dan is er nog een derde vrijgezelle vrouw, de moeder van Donnie (16) en Beitel (8). 
Drie tenten, vier kinderen. Plus een verlaten bunker, waarin nog eens drie kinderen zich verstoppen. Met die personages zal Sallie Mo haar verhaal opbouwen, want in Bizar is ze geen lezer, maar schrijver.

Ja, Bizar is Sallie Mo's dagboek, maar het woord 'dagboek' doet een veel regulierder boek vermoeden dan dit verhaal dat zijn titel eer aandoet. Bizar dendert vanaf de eerste zin over je heen. Het timmert op je gedachten in, het timmert op je verwachtingen in. Daarom is het ook onmogelijk op te schrijven waar dit boek over gaat. Hamlet wordt er in naverteld. Er komt een boze geschreven toespraak in voor, die gaat over hoe onmenselijk het is om van immigranten te verwachten dat ze integreren. Er worden bankiers beschimpt, er wordt met dieren gesproken, er wordt gechanteerd, geschoten, gezoend.

En dan is er nog die afloop. Daar valt drie keer over na te denken. Evenzo vaak valt hij na te lezen, deze 'ontknoping', waar het essay (ik kan het niet anders noemen) over leugen en waarheid het hart van is. O, en dan deelt Sjoerd Kuyper op de allerlaatste bladzijde nog even een flinke ribbenstoot uit.

Ja, Sjoerd Kuyper. Wat voor schrijver zien we aan het werk in dit boek? Ik zou zeggen: een bevrijde. Een schrijver achter wie je hijgend aanholt, een schrijver die zigzagt, fladdert en zijn zweep laat knallen. Sallie Mo is een meisje dat met geen andere dertienjarige te vergelijken valt, haar allesverhaal is met niets te vergelijken en als we één ding zeker weten na Bizar, dan is het: Sjoerd Kuyper is een auteur die met geen andere te vergelijken valt. 

318 pagina's, leeftijd: 12+ (maar eigenlijk is er geen leeftijd op dit boek te plakken).
Koop dit boek bij je lokale boekhandel, of bestel het anders hier.

maandag 18 mei 2020

DE VUURZEEVLIEG - Toon Tellegen & Carll Cneut (Querido)

Het begint al bij de schutbladen: we zien een diepgroen verwilderd woud, dat meteen duidelijk maakt dat dit weliswaar verhalen uit het vertrouwde Tellegenbos zullen zijn, maar dan wel op z'n Carll Cneuts. Het zal weelderig zijn, meer 'Heart of darkness' dan andere Tellegen-bosboeken, het zal er meer naar grond en groei ruiken.

Uit eenzelfde wriemelwoud duikt op pagina 68 het wrattenzwijn op. Lodderig kijkt het uit de kleine oogjes, maar ook... confuus? Het is prachtig dat Cneut deze sfeer alvast aanbrengt, want erna volgt het verhaal van het zwijn, dat ontevreden is met zijn naam. Dat zit 'm vooral in die 'wr' aan het begin. In wat volgens mij de geinigste vertelling uit de bundel is noemt het wrattenzwijn zichzelf voortaan attenzwijn, en iedereen die dat vergeet kan rekenen op een 'wr'-behandeling: de wregel, de wrekel, de wrikker en de wruis.

Maar het is niet alleen het groene palet dat heerst in dit boek. Op de werkelijk prachtige tekeningen van een verhaal eerder zien we de wezel staan. Hij draagt een zwartrood truitje, serveert thee uit zijn witrode servies op zijn felrode tafel - en aan de muur hangen (nog niet vaak gezien in Cneuts werk) vrolijke kindertekeningen die de wezel afbeelden als aandoenlijk rood mannetje. Het verhaal (over de wezel die alleen onverwacht bezoek ontvangen wil) wordt afgesloten met een exterieur: wezel bij zijn voordeur, en daar zien we een plaat die iedere lezer waarschijnlijk als origineel aan de muur zou willen hebben hangen. Wezel staat beduusd bij zijn blauwzwarte huisje en er dwarrelen grote zwarterode bladeren (je zou haast 'blâren' zeggen) om hem heen, naast de felrode lappen van bladeren van weer een andere boom. En dat alles tegen een doorzichtig aandoende witgrijze achtergrond.

De platen maken van De vuurzeevlieg een terugbladerwaardig kijkboek (ik heb het aandoenlijke groepje dieren van pagina 75 niet eens genoemd, check het - die compositie!), en dan krijg je er ook nog de zeventien terugleeswaardige Tellegenoverdenkingen bij.

76 pagina's, leeftijd: leeftijdloos
Koop dit boek bij je lokale boekhandel, of bestel het hier.     

vrijdag 15 mei 2020

VERLANGEN NAAR VRIJHEID en BRIEVEN AAN EEN ZIEKE JONGEN, OF: HET VERHAAL VAN DE HOND MAX (met tekeningen van Ina van Blaaderen) - An Rutgers van der Loeff (Ploegsma)

Ik ben met een kleine missie bezig: het lezen van alle boeken van An Rutgers van der Loeff. Het begon een paar weken geleden met het ontdekken van mijn eerste 'RvdL': Rossy, dat krantenkind. Daarna las ik zowel Ze verdrinken ons dorp als Donald, en alle drie vond ik prachtig. Deze week verslond ik weer twee nieuwe titels.

In 1951 verscheen Anna Menander, een 'jeugdboek' dat later omgedoopt werd tot Verlangen naar vrijheid. Die eerste titel doet meer recht aan wat het boek is, want het verhaal vertelt in negen hoofdstukken over het leven van de Zweedse Anna Menander. In het eerste hoofdstuk is ze vijf jaar oud, in het laatste achtendertig. Ze groeit op in een liefdevol, niet al te rijk gezin met heel wat broers en één zus. Anna is de jongste. (Opvallend: in het werk van RvdL komen vaak grote gezinnen voor. Knap ook, want dat vergt veel van de schrijver - alle broers en zussen moeten toch énige uitwerking krijgen, iets wat deze schrijfster moeiteloos voor elkaar krijgt).
Over Anna wordt al vroeg in haar leven dit gezegd: 'Een hart van puur goud, de moed van een Lappenjong, de trouw van een oude heemhond, nooit zal ze iemand in de steek laten of een belofte breken.' Mooie omschrijving. Het is ook de manier waarop haar oude broer haar introduceert aan zijn studievriend Albin. En deze Albin zal doorheen het boek de grote liefde van Anna blijken - en andersom. Maar het harde leven in het prille begin van de negentiende eeuw én hun koppigheid zorgt ervoor dat het steeds maar niet tot een toenadering komt. Of...?

Het boek vertelt vooral ook over Anna's zelfstandigheid en verlangen naar een vrij leven, dat niet door tradities of verwachtingen bepaald wordt. Het is niet voor niks dat een van haar vriendinnen aan haar vraagt of ze misschien een van die sufragettes wil worden (vroege strijders voor vrouwenrechten).
Een hoofdrol is er ook voor de Zweedse natuur. Verlangen naar vrijheid is daardoor net een zintuiglijk bonte Netflixserie in negen afleveringen, waarbij de eerste minuten van elk deel vooral op de natuur, de bossen, de bessen, de sneeuw, de meertjes, de bloemen wordt gefocust. Opnieuw een fantastisch RvdLoeffboek.

Voor wat jongere kinderen is Brieven aan een zieke jongen, of: het verhaal van de hond Max. Dit uit 1953 stammende boek bevat inderdaad brieven. Ze worden geschreven door de moeder van de jongen die in het ziekenhuis ligt. De eerste brief begint zo:

'Lieve jongen,

Eerst was ik bij jou in het ziekenhuis, weet je wel, en daar was alles licht en wit en warm, maar toen kwam ik op straat en daar was alles donker en nat en koud, ook al deden de Utrechtse lantaarns hun best.'

In die eerste brief wordt Max geïntroduceerd. Hij is een wilde, drukke waakhond die aan is komen lopen op het vakantieadres van de vader van de zieke jongen, lang geleden. Met elke volgende brief gaat het verhaal verder. In feite is met het verhaal van de hond de eerste kennismaking tussen de moeder en de vader verweven - de moeder van de zieke jongen vertelt hem dus (aan de hand van het relaas over Max) hoe zijn ouders elkaar hebben leren kennen en hoe ze verliefd zijn geworden. De brieven zijn soms uitermate grappig, maar dan komen we bij het eind van het boek, en dat zou je, laat ik het zo zeggen, niet snel meer in een hedendaags kinderboek tegen zou komen. In elk geval wordt nóg duidelijker waarom het verhaal van de hond verteld moest worden. Aan de zieke jongen. En door zijn moeder (en op de achtergrond: vader).
Een ontroerend, gedurfd boek.
Niet voor niks schrijft de uitgeverij op de binnenflap: 'Voor de jeugd,' zei de auteur. 'Voor ouderen,' zeiden wij. 'Voor iedereen,' zei een ander. 'Dat 's vast niet waar,' zei de auteur.

Deze boeken zijn alleen nog tweedehands verkrijgbaar. Binnenkort volgt hier het verslag van het lezen van een nieuw boek van Rutgers van der Loeff (of twee). 
 

woensdag 13 mei 2020

TOFFEE - Sarah Crossan (Kluitman)

De Ierse Sarah Crossan kennen we van de prachtige verse-novels Nieuwe maan en Een. Dat laatste boek werd zelfs bekroond met de Dioraphte Literatour Prijs. Vorig jaar verscheen haar nieuwste roman, weer in verzen: Toffee.

Toffee is het verhaal van de zestienjarige Allison, die opgroeit zonder moeder (ze stierf toen Allison één dag oud was). Allison wordt hardhandig opgevoed door haar vader. Er zijn af en toe vriendinnen van die vader, maar meestal verdwijnen ze snel weer. Behalve Kelly-Anne, die een tijdlang bij Allison en haar vader inwoont en dichtbij het zijn van een 'nieuwe-moeder' komt. Maar de mishandelingen van Allisons vader worden steeds erger en Kelly-Anne vlucht. Op dat moment durft Allison niet mee te gaan, maar doet dat een tijdje later (na de mishandeling die zo erg is dat ze hem niet meer goed kan praten) toch. Het boek begint als ook de vlucht begint.

Maar Toffee is ook het verhaal van de bejaarde Marla. Ze woont nog zelfstandig, al komt er af en toe wat hulp langs, maar Marla is aan het dementeren. Ze accepteert Allisons aanwezigheid meteen, alleen noemt ze haar Toffee, naar een vroegere vriendin die naar Amerika verdwenen is. Tussen Marla en Allison/Toffee groeit een ontroerende vriendschap - en uiteindelijk wordt Allison weer Allison, in plaats van Toffee.

Dit boek gaat over vrouwen, over de opgave die het leven soms voor hen kan zijn, en over het ontdekken van hun eigen waarde, hun kracht, hun tederheid, hun zorg. Toffee is, zoals gemeld, in verzen geschreven en dat leest heel fijn. De verzen bieden alle mogelijkheid tot inzoomen op veelzeggende details, maar doen je ook door het verhaal heen racen. Toffee is daarmee een sterke, originele, genuanceerde Young-Adult-roman.

Dit boek werd mooi vertaald door Sabine Mutsaers.
406 pagina's, leeftijd: 14+
Koop dit boek bij je lokale boekhandel, of bestel het hier.  

maandag 11 mei 2020

KEIZER EI - Karst-Janneke Rogaar (Kluitman)

Mijn moeder was remedial teacher en van haar hoorde ik altijd hoe alle, maar met name dyslectische kinderen, grote moeite hadden met te bepalen wanneer je een woord met een ei schrijft of met een ij. Er zijn dan ook geen of nauwelijks regels voor. Je moet de woorden gewoon vaak zien en ze zo 'uit je hoofd' leren. Mijn moeder maakte daarom lange opzegverzen waar zoveel mogelijk ei-woorden in stonden - of ij-woorden.
Karst-Janneke Rogaar had vast ook zo'n leerkracht, want aan haar Keizer Ei ligt eenzelfde principe ten grondslag. De ondertitel luidt: alle ei-woorden in één verhaal, en oké, het zijn dan niet werkelijk álle ei-woorden, maar toch duizelingwekkend veel. Rogaar vertelt over de reis van Hei en Teit, die per schip naar een eiland gaan en daar eerst een lakei en later een keizer ontmoeten. Per bladzijde lezen we een stuk of vier regels, en die staan, inderdaad, vol met ei-woorden. Die woorden staan roodgedrukt. Hoewel Rogaar zich in best wat bochten heeft moeten wringen om alle woorden te gebruiken, kwam er toch een avontuur met een kop en een staart uit.

De tekeningen zijn een feest. In donkergroen-wit met steunkleur rood is het genieten van de vreemde figuren (zoals de lakei die een hert is met een lakeienpakje aan). Ook de breiende keizer (de keizer is een ei!) is heel geinig.
Het boek wordt afgemaakt door een mooi register, waar alle ei-woorden (ja ook 'reigerpastei' staat erin!) nog eens na te lezen zijn. En waardoor we begrijpen dat de hoofdpersonen Heid en Teit heten.
Geslaagd boek dus, waarmee het onderweis onderwijs ook nog echt iets kan. En natuurlijk is het nu wachten op deel twee: dat met alleen maar ij-woorden.

70 bladzijden, leeftijd: 7+
Koop dit boek bij je lokale boekhandel, of bestel het hier

vrijdag 8 mei 2020

IEMAND IN HET BIJZONDER - Arend van Dam, met tekeningen van Marijke Klompmaker (Van Holkema & Warendorf)

De reis van Syntax Bosselman van Arend van Dam en Alex de Wolf was een van de allerbeste boeken van 2018 en kreeg terecht daarom een nominatie voor de Woutertje Pieterseprijs 2019 en een Zilveren Griffel. Ook verrassend was De bromvliegzwaan, verhalen over taal, met tekeningen van Anne Stalinksi. Het boek dat op die twee mooie uitgaves volgde is Iemand in het bijzonder, verhalen over markante vrouwen.
Van Dam koos hiervoor vierendertig belangrijke vrouwen uit de Nederlandse en Nederlands-overzeese geschiedenis en schreef over elk van hen een kort verhaal. Dat gaat van 'de dame van Simpelveld' (die ongeveer tussen 160 en 198 nChr leefde, in een Romeinse villa op Nederlans grondgebied leefde, en van wie de sarcofaag teruggevonden is, waarvan de binnenkant door een kunstenaar versierd was met een beeldhouwwerk dat haar chique leefomstandigheden toonde) tot Mies Bouwman.
Tussen die twee in staan vele vrouwen naar wie straten en pleinen zijn genoemd (zoals Wilhelmina Drucker, Joke Smit, Mina Kruseman, Marga Klompé), maar ook vrouwen van wie de naam onbekender is, zoals Alexine Tinne, die de eerste Nederlandse vrouwelijke fotograaf was en de hele wereld bezocht, of Elisabeth Samson, die in de achttiende eeuw als zwarte vrouw een plantage bezat en slaven hield. Van Dam heeft een mooie keuze gemaakt, die genoeg herkenning oproept, maar ook interessante nieuwe verhalen ontsluit.
De prachtige tekeningen zijn van Marijke Klompmaker. Niet alleen zijn haar portretten treffend, maar haar vaak paginagrote illustraties spatten van de kleur, waardoor Iemand in het bijzonder óók een heel aantrekkelijk kijkboek geworden is.

146 pagina's, non-fictie, leeftijd: 10+
Koop dit boek bij je lokale boekhandel, of bestel het hier.

donderdag 7 mei 2020

GOZERT - Pieter Koolwijk, met tekeningen van Linde Faas (Lemniscaat)

Als Gozert er is, is het leven van Ties een groot avontuur. Trollen moeten gevangen genomen worden, er verschijnen maaltijdmonsters op zijn bord, er moeten branden geblust worden en wilde dansfeesten georganiseerd. Alleen - Gozert is niet echt. Dat zeggen de volwassenen om Ties heen. Ties werpt tegen dat Gozert geen denkbeeldige, maar een onzíchtbare vriend is, maar de zaken lopen zo uit de hand dat Ties naar Huize Hoopvol wordt gebracht, waar hij therapie en medicatie zal krijgen. Met als doel: Gozert vergeten. Dat lukt wel én niet, en dat heeft weer met Luna te maken, een meisje dat al in de instelling woont, omdat ze stemmen hoort.

Gozert werd al behoorlijk geprezen, en daar sluit ik me volledig bij aan. Aan kinderromans kunnen vele eisen gesteld worden, maar als een verhaal én grappig én spannend én ontroerend is (en dat is Gozert), dan kan er niet veel meer fout. De gesprekken van Ties en Gozert zijn heel geestig, de opzet van het boek is bijzonder spannend: Ties wil Gozert niet kwijtraken, maar moet nou juist dát doen, en de manier waarop dat gebeurt (of niet gebeurt) legt een onderliggend verhaal bloot en dat is heel ontroerend. Pieter Koolwijk schreef niet alleen een bruisend boek, maar vooral ook een boek met een bodem eronder.

Om dit alles te staven nog een fragment - Ties praat met Luna over een ánder meisje dat volgens Ties niet op de afdeling met zware medicatie zou moeten zitten, alleen omdat ze gelooft dat ze uit de toekomst komt.

'Nou,' zei ik. 'Ze hoort daar niet te zitten. Ze is niet gek. Mensen moeten haar helpen om weer terug naar haar eigen tijd te reizen.'
'Maar zijn er wel mensen die haar geloven?'
'Ik...' zei ik. 'Ik geloof haar.'
Luna glimlachte. Het was de mooiste glimlach die ik ooit had gezien. Een glimlach die op een foto thuishoorde. Een foto in het woordenboek, bij het woord 'mooi'. 
'En zijn er ook mensen die jou geloven?' vroeg ze.

Spannend, grappig, ontroerend, dat zijn de kwalificaties die passen bij dit boek, ik zei het al. Maar het einde van het boek voegt daar nog iets aan toe. Dat maakt dat je na afloop nog een tijdlang verder wilt denken. Kan dit? Hoe zit het eigenlijk met 'echt' en niet-echt'? Gozert noopt tot grinniken, tot verder- en verderlezen én tot nadenken. Van een kinderboek valt niet veel meer te wensen.

254 bladzijden, leeftijd: 9+
Koop dit boek bij je lokale boekhandel, of bestel het hier

woensdag 6 mei 2020

20 VRAGEN VOOR GLORIA - Martyn Bedford (Querido)

Twee meisjes van vijftien, vriendinnen, zitten te praten nadat een van hen een extreem avontuur heeft meegemaakt. Dit zegt degene die dat avontuur niet heeft meegemaakt:
'Luister, als je verliefd wordt op een jongen, word je een beetje zoals hij. En later word je weer jezelf.'

Als dat zo is dan heeft Gloria (degene die het avontuur heeft meegemaakt) nog een flinke weg te gaan. Ze is het dan ook niet met haar vriendin eens. Nou ja, gedeeltelijk wel - maar, denkt ze, 'Ik was verliefd geworden op Uman en ik was een beetje geworden zoals hij. Maar ik was ook een beetje mezelf geworden.'

Die gedachtes staan op de laatste bladzijden van 20 vragen voor Gloria. Daarvóór hebben we een verslag van Gloria zelf gelezen dat vertelt over wat er gebeurde nadat Uman plotseling haar klaslokaal in kwam lopen. De verliefdheid zoals die hierboven genoemd wordt is maar een klein onderdeel van het verhaal. Want, Gloria doet verslag aan de politie. Dat avontuur (waarbij ze bijna twee weken verdween) bevat vele nuances en Gloria/Bedford vertellen ons die precies en langzaam - terwijl het boek ook spannend blijft. Vooral in het begin (maar ook verder wel) overtuigen in dit boek vooral de levendige dialogen en de levendige details.
Uiteindelijk gaat deze Britse young adult natuurlijk over ontdekken wie je bent, over uitvinden welke aspecten en wensen er in je schuilen, maar het verhaal aan de hand waarvan dat gebeurt, is, mede door de geheimzinnigheid rond Uman, heel intrigerend.

20 vragen voor Gloria is wat onder de radar gebleven (het verscheen in 2016 en ook ik heb het dus een tijdje laten liggen), maar het bleek een behoorlijke goodread te zijn, die wel wat meer publiek had verdiend.

280 pagina's, leeftijd: 15+. Vertaler: Tjalling Bos.
Koop dit boek bij je lokale boekhandel, of bestel het hier.

maandag 4 mei 2020

KINDEREN MET EEN STER - Martine Letterie, met tekeningen van Rick de Haas en GROETEN VAN LEO - Martine Letterie (beide boeken: uitgeverij Leopold)

In het met een Zilveren Griffel bekroonde Kinderen met een ster (2016) vertelt Martine Letterie de verhalen van zes jonge joodse kinderen die in de Tweede Wereldoorlog naar kamp Westerbork moesten. Letterie doet dat in de vorm van korte episodes, meestal van een paar bladzijden, die afwisselend over een van de zes hoofdpersonen gaan. Ze koos daarvoor vaak heel dagelijkse gebeurtenissen, precies op kindermaat. Sinterklaasvieringen, bijvoorbeeld, of schoolbelevenissen. Maar het gaat óók over het uit huis gehaald worden, over het leven in de barakken, en over het thuiskomen na de oorlog, waarbij buren de belofte om goed op de spullen te passen niet heel letterlijk blijken te hebben genomen. Kinderen met een ster is een uitzonderlijk boek over de oorlog, omdat de focus op heel jonge kinderen ligt en de verhalen ook voor die leeftijd zijn. Dat is knap. De tekeningen van Rick de Haas brengen de kinderen heel dichtbij: ze zijn zo 'werkelijk' als de kinderen die hij tekent voor bijvoorbeeld de Mees Kees-serie of voor De Gorgels - en juist daarom voel je steeds: dit gaat over kinderen zoals we die nu ook kennen, zoals ze er altijd zullen zijn.

In 2013, drie jaar eerder dus, verscheen Groeten van Leo (ondertitel: Een kind in kamp Westerbork). Hij is een van de hoofdpersonen uit Kinderen met een ster, maar dit boek gaat helemaal over hem. Hij is de enige van de zes uit het voornoemde boek die de oorlog niet heeft overleefd. Dat maakt het lezen van Groeten van Leo tot een triestere ervaring, maar toch is het boek ongeveer voor dezelfde leeftijd (iets ouder misschien, in het boek beleeft Leo zijn achtste en negende verjaardag). Doordat door het boek heen foto's afgedrukt staan, en tekeningen die de echte Leo Meijer maakte, raakt het de lezer heel direct. Letterie heeft bovendien veel aspecten van zijn dagelijks leven sterk en betrokken uitgediept. Zo staat er bijvoorbeeld, als het gezin van Leo tijdens een razzia in de nacht van huis is gehaald: 'Vroeger, gisteren nog, dacht Leo dat er na acht uur niemand op straat was. Iedereen moet immers binnenblijven van de Duitsers. Maar dat is dus helemaal waar. In de nacht verdwijnen de joden uit hun steden en dorpen, en niemand zegt er iets van.'

Beide boeken, gemaakt in opdracht van Herinneringscentrum Kamp Westerbork, behoren voor kinderen én voor volwassenen tot de sterkste getuigenissen die de jaren veertig van de vorige eeuw naar de jaren twintig van onze eeuw brengen.

Kinderen met een ster:
88 pagina's, leeftijd: 7+
Koop dit boek bij je lokale boekhandel, of bestel het hier.

Groeten van Leo:
106 pagina's, leeftijd: 8+
Koop dit boek bij je lokale boekhandel, of bestel het hier



vrijdag 1 mei 2020

DONALD (Salamander, Querido) en ZE VERDRINKEN ONS DORP (Ploegsma, met tekeningen van Carl Hollander) - An Rutgers van der Loeff

Onlangs las ik mijn eerste An Rutgers van der Loeff-boek: Rossy, dat krantenkind. Ik was zo verrast door de durf, de stijl en de lichtheid van deze grote schrijfster - wat een schande dat ik haar niet kende - en schreef dat ik snel meer van haar zou lezen. Dat ben ik inderdaad gaan doen. Ik las de ontroerende jongerenroman Donald en het spannende kinderboek Ze verdrinken ons dorp.

Donald trekt meteen, vanwege het intrigerende omslag dat getekend werd door Thé Tjong Khing. We zien een spichtig jongetje in bed. Zijn gezicht in ingezwachteld en boven hem, aan de muur hangen drie posters van een baseballheld. Op de achterflap staat dat Rutgers van der Loeff op een van haar Amerika-reizen met de boot van een kreeftenvanger uitvoer, en vlak voor ze aan boord ging sprak ze vijf minuten met zijn vijftienjarig hulpje, Donald, die als klein kind zijn ouders bij een verkeersongeluk verloor en daarbij zelf verminkt raakte in zijn gezicht. Ze besloot zijn geschiedenis (die ze van de kreeftenvanger hoorde) op te schrijven.
Het werd een fantastische, vlotte, ontroerende novelle. Donald is een stoer jongetje, die van tehuis naar tehuis zwerft en in de zomers bij zijn oma logeert, die vroeger een beroemd filmster was. Zo maakt hij zowel het arme, berooide leven als het jetset-leven mee. Zijn idool is Dougy Williams, sportheld. Die hij ook echt ontmoet. Maar dan is het nog niet gedaan met de tuimelingen in Donalds leven, en dat alles schreef Rutgers van der Loeff uiterst zintuiglijk op, met gedurfde perspectieven (het boek begint bijvoorbeeld met een hoofdstuk vanuit de directeur van zijn internaat) en flitsende dialogen.

Die spattende gesprekken en dat ruwe, zintuiglijke leven vinden we ook terug in het al even geweldige Ze verdrinken ons dorp (met prachtige tekeningen van niemand minder dan Carl Hollander). Dit verhaal speelt in Saint Sylvestre, een verloren dorpje in het zuiden van Frankrijk en is óók op waarheid gebaseerd (Rutgers van der Loeff verbleef er een tijdje).
Iedereen uit het dorp moet verhuizen naar een hoger gelegen plek, want er is een stuwdam aangelegd en het daldorp zal in zijn geheel in het stuwmeer verdwijnen. De oude Pépé is een woesteling die zich hevig verzet. Hij is ook de grootvader van Leonie, Pierre, Jean Jacques en de jongste, de twaalfjarige Francine. Na de dood van hun moeder heeft opa hen en hun apathische vader in huis genomen. De kinderen weten niet of ze wel zo tegen dat verhuizen moeten zijn, maar Pépé brult zijn bezwaren elke dag uit. Er volgt zelfs een tocht naar Parijs, om met de president te gaan praten - die zal het onrecht tegenhouden, hoopt Pépé. Dat loopt natuurlijk allemaal anders, en er is een spannend plot waardoor je heel graag wilt weten hoe het afloopt - maar net als in Donald zijn het de dialogen, is het de échtheid van de personages, de filmachtigheid zelfs, waardoor het lezen van deze boeken niet lezen is, maar smullen.


Donald:
144 pagina's, leeftijd: 14+ en volwassenen
Dit boek is niet meer in de handel, maar is goed tweedehands te bestellen, bijvoorbeeld hier.  

Ze verdrinken ons dorp:
136 pagina's, leeftijd: 12+
Dit boek is niet meer in de handel, maar is goed tweedehands te bestellen, bijvoorbeeld hier