DRIE VERSCHRIKKELIJKE DAGEN verscheen in 1976. Guus Kuijer had toen - naast drie boeken voor volwassenen - alleen nog maar MET DE POPPEN GOOIEN en EEN GAT IN DE GRENS gepubliceerd. In het boek ontmoet de vijftienjarige Jos de zeventienjarige Marion. In de ontwikkelingen van de drie daarop volgende dagen blijkt dat Jos zijn ouders opnieuw zal moeten leren kennen, dat Marion een andere visie op de liefde heeft dan Jos' vader, dat het verzinnen van een waterpaard troost kan bieden en dat een ongeluk kan leiden tot een nieuw begin.
Het grote plezier van het herlezen van dit boek schuilt in a) de taal (je wilt elke zin op je tong leggen, daar waar je hem het beste kunt proeven), in b) de onvoorspelbare plot (het boek lijkt wel 'ontdekkend' geschreven, alsof Kuijers pen de weg wist en Kuijers vingers daar dan maar achteraan bewogen), in c) de fantastische dialogen (zodra Kuijer een personage laat spreken staat dat personage op uit het papier) en in d) de brutale eigenzinnigheid van het verhaal, die niet aangetast is door de tijd, nee, niet - dus herlees dit boek óók. En vat daardoor opnieuw waarom Guus Kuijer onze grootste kinder- en jeugdboekenschrijver is.