Camillie en Louis zijn dochter en zoon van een zijdehandelaar. Hij is de zijdeman uit de titel, maar zelf komt hij niet voor in het boek. Hij is weg, op reis, en lijkt dit keer niet terug te komen. Terwijl zijn vrouw en kinderen om leren gaan met het verlies, dringen de woelige gebeurtenissen van het achttiende-eeuwse Parijs zich op. Kinderen worden geroofd, de politie is corrupt en de koning is een spilzieke fat, die zich niets van zijn volk lijkt aan te trekken. Camille komt in het hart van de protesten tegen de vreselijke praktijken terecht - terwijl Louis, haar broertje, zich juist meer naar binnen keert: hij probeert zijderupsen te kweken. Die twee verhaalsporen - Louis en Camille - zijn in deze historische roman mooi verweven. De scènes zijn vaak kleurrijk en Vereeckens schrijfstijl is zintuiglijk. De zachte, poëtische tekeningen van Alain Verster passen goed bij dit tedere verhaal over levens die beïnvloed worden door stormen van allerlei aard.
