In dit non-fictie-prentenboek is enorm veel te zien. Het is nét geen echt zoekboek, maar er valt toch genoeg aan te wijzen en terug te vinden op de vijf afdelingen van dit boek. Elk gedeelte heeft een erboven- en een eronder-gedeelte, en dat laatste is te zien als de pagina uitgeklapt wordt. Bovendien zijn er op elke pagina klepjes waarachter een nieuwe tekening of informatie staat. Zo nemen we dus een kijkje in alles wat er onder de rivier, onder de zee, onder de berg, onder het bos en onder de moestuin te vinden is. Het mooist aan dit boek - naast de opzet - zijn de tekeningen. Clotilde Perrins stijl heeft iets weg van die van Kitty Crowther, al staan de illustraties hier vooral in dienst van de informatie. Haar figuurtjes zijn aandoenlijk, haar dieren zijn aaibaar en haar landschappen doen je stuk voor stuk naar een lange wandeling in de natuur verlangen, in de hoop dat je dassen, padden, konijntjes en een ree tegenkomt.
ERBOVEN ERONDER werd vertaald door M. Hoogland.