De aanprijs-zin op de sticker bij dit prentenboek luidt: 'Een bijzonder prentenboek over kunst en surrealisme'- en een bijzonder prentenboek, dat is het zeker. Het is een van de meest intrigerende kunstprentenboeken die ik ken, ik ben er dan ook heel enthousiast over. Klaas Verplancke maakte het in opdracht van het Museum Of Modern Art in New York en het moet welhaast een droomopdracht voor hem geweest zijn. Niet alleen omdat er veel dromen in het boek voorkomen, of omdat het Moma misschien het meest invloedrijke museum ter wereld is, maar vooral omdat de combinatie Verplancke-Magritte zeer gelukkig uitpakt. Alles klopt aan dit boek. Allereerst is er de heldere tekst, die eerst vertelt over René Magritte zelf, en dan over zijn beslissing om te gaan schilderen wat hij in zijn dromen ziet. Het eindigt met deze conclusie: 'Hij schildert het onmogelijke alsof het mogelijk is.'
En dan de platen. In een combinatie van warm ingekleurde details en veel mooi oningevuld gelaten vormen (bijvoorbeeld, treffend, het hoofd van de kunstenaar), met prachtige arceringen en sommige bijna driedimensionale onderdelen, stappen we heel langzaam in de fantasiewereld van Magritte. En dus snáppen we de stap van een geschilderde appel naar een geschilderde hoed, naar een geschilderde appelhoed. We snappen hoe een ei een vogel wordt. En dat zijn nog maar een paar voorbeelden uit dit rijke, rijke boek. Op het eind krijgen we ook nog voorbeelden van Magrittes echte werk te zien, plus een biografietje.
DE APPEL VAN MAGRITTE is niet alleen een van de sterkste prentenboeken van Verplancke, maar ook een van de echte uitschieters van dit toch al zo rijke jaar.