In 2013 hadden we er zomaar een nieuwe, bijzondere schrijver bij. Dat was Emiel de Wild en het boek waarmee hij de kinderliteratuur binnensprong was
Broergeheim. Zijn derde boek,
Toen mijn broer een robot werd, verkent opnieuw het broertjes zijn. De titel lijkt te wijzen op een science-fictieroman, maar ten eerste: hoe ver van nu is het dat we aan levensechte robots wennen, en ten tweede: deze kinderroman focust weer volledig op de psyche van een jongen van zo'n jaar of elf. Hij heet Tijs en zijn oudere broer Dennie, is door een ongeluk om het leven te komen. Het verdriet is verlammend, en met name voor Tijs' moeder wordt een robot aangeschaft, die ook Dennie genoemd wordt en de herinneringen aan de gestorvene levend moet houden. Tijs is wanhopig en razend: ze hebben zijn echte broer, met wie hij af en toe in bed nog 'praat',
vervangen.
Tijs bedenkt, samen met buurjongen en beste vriend Twan, een plan om zich te ontdoen van de artificiële Dennie. Het knappe is dat De Wild zichzelf qua plot met deze uitgangspunten een behoorlijk moeilijke schrijfopgave bezorgde, maar dat hij er op een logische en soepele wijze uit is gekomen. En ook knap: het plot overspoelt de échte stroom in dit boek niet, die van het verwerken van het verdriet om een broer die je altijd zou beschermen en nu ineens wegvalt. Met geloofwaardige personages en sterk schrijven brengt De Wild ons weer een indrukwekkend kinderboek.
176 pagina's, leeftijd: 10+. Koop of bestel dit boek bij je lokale boekwinkel, of anders hier.