Er is iets verslavends aan de avonturenboeken van Rob Ruggenberg. Als je eenmaal aan een ervan begint wil je doorlezen en doorlezen. Waar hem dat in zit? Ik denk in het feit dat hij de historische informatie altijd in dienst van het verhaal stelt. Wát je leest is interessant, maar Ruggenberg zet meteen in op actie. Ook het feit dat hij geen ruigere episodes uit de weg gaat helpt. En tenslotte ontdekt hij steeds onderwerpen uit de geschiedenis waar we nog maar weinig over lazen.
Dat geldt vooral voor HAAIENEILAND, een van zijn allerbeste verhalen. Roemer is - omdat hij geen perspectief in Zeeland meer had - samen met zijn broer aan boord van een schip gestapt dat op zoek gaat naar Zuidland, een geheimzinnig rijk vol schatten. Dat wordt niet gevonden. Wel komt Roemer, overigens zonder zijn broer, die al heel vroeg in het boek een triest lot te wachten staat, op een eilandje te wonen, een koraaleiland. Waar hij een bijzonder meisje leert kennen, voor wie hij vervolgens behoorlijk zal moeten vechten.
Rob Ruggenberg is zelf op dit eiland geweest, ver in de Stille Zuidzee, en hij wéét dus waar hij het over heeft. Dat is goed te merken, want na het spannende verhaal wil je graag nog even op het eiland blijven, als lezer, en dan is er gelukkig een uitgebreid nawoord. Een aanbevelenswaardig boek, dit HAAIENEILAND.