vrijdag 18 april 2014

DE NIEUWE PRENTENBOEKENOOGST

Bij de huidige lenteworp nieuwe prentenboeken zit veel moois.
Allereerst is daar IK BEN DE STERKSTE! van Jan De Kinder (De Eenhoorn). Soms wil een voorlezende ouder een boek waaraan de voor te lezen kinderen voorpret beleven - omdat ze weten wat er op de volgende pagina zal staan. Aan die wens voldoet dit vrolijke IK BEN DE STERKSTE! ruim. Goed verhaal, sterke opbouw.
Net zo'n grap-opbouw zit er in MENEER MINUSCUUL EN DE WALVIS (Book Island) van de Poolse schrijver Julian Tuwim en zijn illustrator Bohdan Butenko. In een tekst op rijm laat dit klassieke prentenboek (uit 1956!) een mannetje eindelijk aanspoelen op een eiland. Totdat hij ontdekt dat...
In het tekstloze MONSTERBOEK (Lemniscaat) laat Alice Hoogstad een mooi, functioneel samengaan zien van zwartwit en kleur-illustraties. In sterke, volle bladzijden ontrolt zich het verhaal van het meisje dat met haar krijtjes de stad vol tekent met bonte monsters. Er zijn allerlei bijverhaaltjes te ontdekken, en de monsters zijn aandoenlijk.

Gelukkig houdt uitgeverij De Eenhoorn het vertalen en publiceren van de boeken van Komako Sakai vol. Er is alweer een nieuw: op tekst van Yukiko Kato beleeft een heel klein meisje in DE GROTE GROENE WEI een spannend avontuur - enkel door te verdwalen in hoog gras. De platen zijn weer geweldig. Het wilde groen wordt écht bedreigend en de moeder is écht geruststellend. Waarom zijn Sakai's boeken altijd zo opwindend? Omdat ze ons onder de huid van de hoofdpersonen meenemen - door deze fascinerende beelden zijn we dat peutermeisje zelf. Wat Sakai doet kunnen maar weinigen. Ik heb het al eerder gezegd: binnen een paar jaar heeft deze illustrator de Andersenprijs of de Lindgren Memorial Award op zak.

MENEER MINUSCUUL EN DE WALVIS werd vertaald door Jo Govaerts.
DE GROTE GROENE WEI werd vertaald door Siska Goeminne.