Zoals Droomopa (zie hieronder) gaat over een gestorven grootvader, is dat ook het centrale thema van een ander klein boekje: Het geheim van Sinterklaas, van Bart Van Nuffelen (tekst) en Tim Van Den Abeele (tekeningen).
De vorm van dit boek is een mooie vondst: de kleine Rik schrijft brieven aan Sinterklaas, en Sinterklaas schrijft terug. Een briefnovelle dus, met als start de brief van Rik waarin hij schrijft dat hij geen cadeaus wil, helemaal niks.
De toon van de brieven is heel klaar en zelfs wat provocatief soms: 'PS: Rocco en Brima zeggen dat u niet bestaat.' Uiteindelijk draait alles om het missen van opa, en om de geloofscrisis van Rik. Er zit veel in dit boek, zelfs al is de tekst kort en bondig.
De tekeningen van Tim Van Den Abeele zijn sterk: dat begint al op het omslag met de silhouetten van een weglopende opa en kleinzoon. Het hele boek is gevuld met in Sinterklaasrood gegoten filmische beelden van die twee: soms is Rik alleen, soms is hij in een herinneringsbeeld met zijn opa te zien. De tekst, en vooral ook de tekeningen maken dit tot een persoonlijk boekje dat raakt.
woensdag 28 november 2018
dinsdag 27 november 2018
DROOMOPA - Dolf Verroen & Charlotte Dematons (Leopold)
Zo vlak voor het einde van het jaar verschijnt nog een van de boeken van het jaar: Droomopa.
Wat een sieraad!
Dit jaar werd Dolf Verroen 90 jaar oud, en hij schreef misschien wel een van zijn allermooiste verhalen: over het jongetje Thomas dat bij zijn oma en opa logeert, en plotseling sterft zijn opa. De opa die altijd van die gekke dromen had.
Een paar van die dromen schieten Thomas weer te binnen. Ze staan in prachtige kleuren (met een dunne lijntjes-opa) op de pagina's en op de andere bladzijden zien we in zwart-wit de droevige dingen van de eerste dagen na het sterven (maar wel met steeds een hoopvol rood kleuraccentje). Thomas ziet ze aan, hij praat er over met zijn beste vriend Omar, en hij begrijpt veel niet (in heerlijke taal opgeschreven:
'Het is net alsof er iets weg is.
Geen arm of been of zo.
Iets vanbinnen.
Weet ik veel.')
Hier zien we twee grootheden van de kinderliteratuur, Verroen en Dematons, op hun allerbest. Een nuchter, maar toch ontroerend boek over de dood van een opa, zó ongelooflijk mooi van binnenuit een jongetje geschreven - daar kun je alleen maar blij om zuchten.
Ja, zoals dit boek de liefde viert, vieren we door Droomopa samen met uitgeverij Leopold en vormgever Nanja Toebak (die ook een topprestatie leverden), het liefdevolle schrijverschap van Dolf Verroen.
Wat een sieraad!
Dit jaar werd Dolf Verroen 90 jaar oud, en hij schreef misschien wel een van zijn allermooiste verhalen: over het jongetje Thomas dat bij zijn oma en opa logeert, en plotseling sterft zijn opa. De opa die altijd van die gekke dromen had.
Een paar van die dromen schieten Thomas weer te binnen. Ze staan in prachtige kleuren (met een dunne lijntjes-opa) op de pagina's en op de andere bladzijden zien we in zwart-wit de droevige dingen van de eerste dagen na het sterven (maar wel met steeds een hoopvol rood kleuraccentje). Thomas ziet ze aan, hij praat er over met zijn beste vriend Omar, en hij begrijpt veel niet (in heerlijke taal opgeschreven:
'Het is net alsof er iets weg is.
Geen arm of been of zo.
Iets vanbinnen.
Weet ik veel.')
Hier zien we twee grootheden van de kinderliteratuur, Verroen en Dematons, op hun allerbest. Een nuchter, maar toch ontroerend boek over de dood van een opa, zó ongelooflijk mooi van binnenuit een jongetje geschreven - daar kun je alleen maar blij om zuchten.
Ja, zoals dit boek de liefde viert, vieren we door Droomopa samen met uitgeverij Leopold en vormgever Nanja Toebak (die ook een topprestatie leverden), het liefdevolle schrijverschap van Dolf Verroen.
Labels:
charlotte dematons,
dolf verroen,
kinderboek,
leopold
dinsdag 20 november 2018
HET MYSTERIE VAN NIKS EN ONEINDIG VEEL SNOT - Jan Paul Schutten & Floor Rieder (Gottmer)
Er is een derde deel van een van de meest geweldige non-fictiereeksen voor kinderen die er ooit in het Nederlands geschreven zijn - die van Jan Paul Schutten en Floor Rieder. Die serie begon met het met een Gouden Griffel bekroonde Het raadsel van alles wat leeft, kreeg een vervolg met Het wonder van jou en je biljoenen bewoners en doet nu de grootste greep met een boek dat vertelt over het heelal, het universum, de tijd, de kleinste deeltjes, multiversa, quantumfluctuaties en nog heel veel meer.
Jan Paul schrijft zelf achterin het boek: 'Nog nooit in mijn leven heb ik met zoveel plezier onderzoek gedaan naar een onderwerp.' En dat is te merken. Met vlammend enthousiasme legt hij de vaak on-ge-loof-lijke ruimte-, tijd- en dimensiezaken aan ons uit. Het knappe is dat het boek een sterke samenhang vertoont. Bijna na elk hoofdstuk denk je: ja, maar hoe zit dít of dát dan? En net op dat moment werpt Schutten die vraag zelf op. De uitleg is vervolgens ook weer Schuttiaans: helder en met humor.
Héél interessant is het laatste hoofdstuk waarin de vraag wordt gesteld of er naast al die astronomische en natuurkundige verklaringen nu wel of niet een schepper of schepster aan het werk geweest kan zijn, en of die vraag de wetenschap in de weg zit of juist aanvult.
De inhoud van dit boek is behoorlijk pittig. Maar zoals Schutten in het begin zegt: 'Lees sommige dingen gerust nog een of twee keer door. Als je een stuk wat vaker leest ga je het vanzelf sneller begrijpen. Bovendien hoef je natuurlijk niet álles te begrijpen. Dat is geen enkel probleem.' Inderdaad begreep ik lang niet alles, maar dat wéét Schutten, want hij houdt de lezer goed in het achterhoofd. Soms denk je 'watwatwat', en dan meldt hij zich even tussen de uitleg door om te zeggen: ja, dit is lastig, maar wacht even, zo meteen snap je het. En dat gebeurt dan ook.
Daarbij helpen ook de prachtige tekeningen van Floor Rieder. Die zijn soms heel concreet, leggen de tekst uit of demonstreren een voorbeeld (dan zie je hoe goed auteur en tekenaar samen hebben gewerkt), maar vaak ook zijn ze grappig en geven ze lucht. En dan zijn er nog van die grote illustraties waar je het liefst een tijdje voor wilt gaan zitten, zo vol met schitterende details zijn ze.
Al voor verschijnen was dit boek naar meerdere landen verkocht, en daar zullen er ongetwijfeld nog veel bijkomen. Jan Paul Schutten, Floor Rieder én uitgeverij Gottmer, plus vormgever Suzanne Nuis hebben een onontkoombaar boek gemaakt voor alle kinderen en volwassenen die nieuwsgierig zijn naar het al en naar het niets.
Jan Paul schrijft zelf achterin het boek: 'Nog nooit in mijn leven heb ik met zoveel plezier onderzoek gedaan naar een onderwerp.' En dat is te merken. Met vlammend enthousiasme legt hij de vaak on-ge-loof-lijke ruimte-, tijd- en dimensiezaken aan ons uit. Het knappe is dat het boek een sterke samenhang vertoont. Bijna na elk hoofdstuk denk je: ja, maar hoe zit dít of dát dan? En net op dat moment werpt Schutten die vraag zelf op. De uitleg is vervolgens ook weer Schuttiaans: helder en met humor.
Héél interessant is het laatste hoofdstuk waarin de vraag wordt gesteld of er naast al die astronomische en natuurkundige verklaringen nu wel of niet een schepper of schepster aan het werk geweest kan zijn, en of die vraag de wetenschap in de weg zit of juist aanvult.
De inhoud van dit boek is behoorlijk pittig. Maar zoals Schutten in het begin zegt: 'Lees sommige dingen gerust nog een of twee keer door. Als je een stuk wat vaker leest ga je het vanzelf sneller begrijpen. Bovendien hoef je natuurlijk niet álles te begrijpen. Dat is geen enkel probleem.' Inderdaad begreep ik lang niet alles, maar dat wéét Schutten, want hij houdt de lezer goed in het achterhoofd. Soms denk je 'watwatwat', en dan meldt hij zich even tussen de uitleg door om te zeggen: ja, dit is lastig, maar wacht even, zo meteen snap je het. En dat gebeurt dan ook.
Daarbij helpen ook de prachtige tekeningen van Floor Rieder. Die zijn soms heel concreet, leggen de tekst uit of demonstreren een voorbeeld (dan zie je hoe goed auteur en tekenaar samen hebben gewerkt), maar vaak ook zijn ze grappig en geven ze lucht. En dan zijn er nog van die grote illustraties waar je het liefst een tijdje voor wilt gaan zitten, zo vol met schitterende details zijn ze.
Al voor verschijnen was dit boek naar meerdere landen verkocht, en daar zullen er ongetwijfeld nog veel bijkomen. Jan Paul Schutten, Floor Rieder én uitgeverij Gottmer, plus vormgever Suzanne Nuis hebben een onontkoombaar boek gemaakt voor alle kinderen en volwassenen die nieuwsgierig zijn naar het al en naar het niets.
Labels:
floor rieder,
gottmer,
jan paul schutten,
non-fictie,
Suzanne Nuis
maandag 19 november 2018
HET GEHEIM VAN DE STILTE - Mireille Geus, met tekeningen van ivan en ilia (Leopold)
De reeks Het geheim van bestaat al heel langen heeft ruim zijn sporen verdiend. Er zijn veel kinderen fan, en er waren in de loop van de tijd behoorlijk wat mooie afleveringen, geschreven door bijvoorbeeld Anna Woltz, Rindert Kromhout en Chris Bos. Dit keer een geheim-aflevering van de hand van Mireille Geus. Het geheim van de stilte is een bijzonder deel geworden, omdat we hier niet over een wild avontuur of een onthutsend raadsel lezen, maar over een meisje (Mika) dat het ruziën van haar ouders meer dan beu is. Het boek eindigt met de laatste therapiesessie van Mika, waarbij de psychologe haar nog eens voorhoudt dat ze 'voor zichzelf moet gaan staan' en dat 'als ze zich zichtbaar maakt, niemand om haar heen kan'. Mireille Geus bedenkt een heel aardige metafoor voor dat zichzelf zichtbaar maken: Mika komt langs een wedstrijd paalzitten en gaat meedoen. Vanaf dat moment begint een verhaal over... stilte. Wat volgt lijkt op een luchtig vakantie-avontuur, maar is eigenlijk een vertelling die gaat over het belang van zwijgen, luisteren en werkelijk met elkaar praten.
Labels:
leopold,
mireille geus
woensdag 14 november 2018
LEPELSNIJDER - Marjolijn Hof, met tekeningen van Annette Fienieg (Querido)
Het was even uitkijken naar het nieuwe boek van Marjolijn Hof, maar daar is het dan: Lepelsnijder. Heel anders dan al haar vorige boeken, maar zeker niet minder.
Achterin dit avonturenverhaal schrijft Hof over haar inspiratie, en die kwam, heel bijzonder, van het schilderij Teich im Riesengebirge van de Duitse schilder Ludwig Richter, geschilderd in 1839 (zie afbeelding). Een jongetje met een oude man en een hond, dat is wat we zien. Zij zijn dan ook de uitgangspunten voor dit voor Hof onorthodoxe verhaal. Het jongetje is Janis, die samen met de oude man Frid en hondje Luki in de bergen woont in tamelijk arme omstandigheden. Maar Janis snijdt prachtige houten lepels en ongelukkig is hij niet. Tot Frid op een dag niet meer terugkomt en er een heel andere man - met ezels - voor Janis' neus staat.
Het boek is dus inderdaad een avonturenboek, maar dan een - en dat vind ik zo fijn - kálm avonturenboek. Niet dat er geen spanning is, maar er wordt niet over de gebeurtenissen heen gesprint, en daardoor ga je echt in en met het boek leven. Janis komt nog in heel andere omstandigheden terecht, er komen heel interessante bijfiguren bij (vooral Ever en zijn zus). En aan het einde wil je vooral: deel twee.
Achterin dit avonturenverhaal schrijft Hof over haar inspiratie, en die kwam, heel bijzonder, van het schilderij Teich im Riesengebirge van de Duitse schilder Ludwig Richter, geschilderd in 1839 (zie afbeelding). Een jongetje met een oude man en een hond, dat is wat we zien. Zij zijn dan ook de uitgangspunten voor dit voor Hof onorthodoxe verhaal. Het jongetje is Janis, die samen met de oude man Frid en hondje Luki in de bergen woont in tamelijk arme omstandigheden. Maar Janis snijdt prachtige houten lepels en ongelukkig is hij niet. Tot Frid op een dag niet meer terugkomt en er een heel andere man - met ezels - voor Janis' neus staat.
Geteich im Riesengebirge - Ludwig Richter |
Labels:
annette fienieg,
marjolijn hof,
querido
woensdag 7 november 2018
SUZIE GAAT TEKENEN - Jaap Robben/Benjamin Leroy (Gottmer) - BILLY ZOEKT EEN SCHAT - Catharina Valckx (Gottmer)
Uitgeverij Gottmer bracht weer twee prentenboeken uit die het bewijs zijn dat verdere delen in een serie niet minder dan de eerdere hoeven te zijn.
In de Suzie Ruzie-serie verscheen het vierde deel: Suzie gaat tekenen. Het 'Ruzie'-deel van haar naam is verdwenen, maar de jonge Suzie gaat bij het tekenen net zo fantasievol tekeer als ze in andere zaken in de vorige delen deed. Wat ze tekent komt tot leven, en dat is leuk als het om vleugeltjes voor je hond gaat, maar als je een monster afbeeldt dat van het papier af springt is dat toch weer iets heel anders. De tekeningen van Leroy zijn weer net zo fris als altijd (of misschien nog iets frisser? Ik weet het niet zeker, maar dit deel stráált echt). De combinatie van Leroys fijne contourlijntjes en de verfvlekken in de 'kindertekeningen' is heel geslaagd. De spread waarin Suzie op de rug van een tijger zit, samen met 'mannetje Klop' is echt schitterend van compositie.
Catharina Valckx staat altijd garant voor helderheid en kwieke humor, vooral ook in haar Billy-boeken. Billy en zijn vriend Pierke ontdekken in dit deel van de reeks een schatkaart en begrijpen al snel dat ze onder de grond moeten zoeken. Daar helpt mevrouw Mol hen verder, en aan het eind van het verhaal wordt een schatkist geopend... met feest tot gevolg. Opnieuw een aflevering om vrolijk van te worden.
In de Suzie Ruzie-serie verscheen het vierde deel: Suzie gaat tekenen. Het 'Ruzie'-deel van haar naam is verdwenen, maar de jonge Suzie gaat bij het tekenen net zo fantasievol tekeer als ze in andere zaken in de vorige delen deed. Wat ze tekent komt tot leven, en dat is leuk als het om vleugeltjes voor je hond gaat, maar als je een monster afbeeldt dat van het papier af springt is dat toch weer iets heel anders. De tekeningen van Leroy zijn weer net zo fris als altijd (of misschien nog iets frisser? Ik weet het niet zeker, maar dit deel stráált echt). De combinatie van Leroys fijne contourlijntjes en de verfvlekken in de 'kindertekeningen' is heel geslaagd. De spread waarin Suzie op de rug van een tijger zit, samen met 'mannetje Klop' is echt schitterend van compositie.
Catharina Valckx staat altijd garant voor helderheid en kwieke humor, vooral ook in haar Billy-boeken. Billy en zijn vriend Pierke ontdekken in dit deel van de reeks een schatkaart en begrijpen al snel dat ze onder de grond moeten zoeken. Daar helpt mevrouw Mol hen verder, en aan het eind van het verhaal wordt een schatkist geopend... met feest tot gevolg. Opnieuw een aflevering om vrolijk van te worden.
Labels:
benjamin leroy,
catharina Valckx,
gottmer,
jaap robben,
prentenboek
DE KLEINE KONING - Jan De Leeuw & Mattias De Leeuw (De Eenhoorn) - WAT DOEN WE MET TORIBIO - Isol (De Harmonie) - DE BOOMHUT VAN NIEL - Robbe De Vos & Charlotte Severeyns (De Eenhoorn)
Drie bijzondere prentenboeken:
in De kleine koning vertelt Jan De Leeuw een sprookje in sprankelende taal. De kleine koning ziet een ster die groter is dan alle andere en de weg lijkt te wijzen naar een Grote Koning, dus gaat het koninkje op pad, met geschenken. Die geschenken geeft hij onderweg aan passanten die het nodig hebben, en daarna is de ontknoping van het boek zowel vol met wonder alsook wensvervullend. Er wordt gerefereerd aan het geboorteverhaal van Jezus, maar De Leeuw is eigenzinnig, waardoor dit verhaal een mooie, fijn-mysterieuze toets krijgt. De tekeningen van Mattias De Leeuw (geen familie) zijn zwierig als altijd, maar nu ook ingetogen, althans: qua kleurgebruik. In brede platen, die vaak over de grens van de spreads heen lopen schildert hij dit sprookje helemaal open voor de lezer en de kijker.
Ik ben fan van de Argentijnse Isol. Ook haar laatste in het Nederlands vertaalde prentenboek Wat doen we met Toribio vind ik weer fijn. Het is misschien wat minder absurd dan sommige van haar andere boeken (hoewel...) - de besprekingen daarvan lees je overigens hier - maar het is heerlijk om Isols humor en ook haar beeldtaal weer terug te zien. Toribio is een peuter die het zijn ouders niet makkelijk maakt: hij heeft veel te veel energie, en zijn vader en moeder zijn dus doodmoe. Ze raadplegen een dame die met toverachtige middelen hun Toribio in een rustig schepseltje verandert. En dan... (zie het boek voor de toch eigenlijk wel best absurde afloop). Op naar nog weer méér Isol!
In De boomhut van Niel hanteert Robbe De Vos een geheimzinnig taalpalet. Het gaat dan ook over wat een bedroefd jongetje kan doen als het veel te stil wordt, omdat hij zijn opa mist: een geheime boomhut bezoeken, waar die opa dan toch terug te vinden is. De tekeningen van Charlotte Severeyns zijn al net zo tevoorschijn gedroomd als de tekst en als de geheime boomhut zelf. Het levert een sterk sferisch, tastend prentenboek op, met een paar spreads die net zo mooi zijn als het aantrekkelijke omslag.
in De kleine koning vertelt Jan De Leeuw een sprookje in sprankelende taal. De kleine koning ziet een ster die groter is dan alle andere en de weg lijkt te wijzen naar een Grote Koning, dus gaat het koninkje op pad, met geschenken. Die geschenken geeft hij onderweg aan passanten die het nodig hebben, en daarna is de ontknoping van het boek zowel vol met wonder alsook wensvervullend. Er wordt gerefereerd aan het geboorteverhaal van Jezus, maar De Leeuw is eigenzinnig, waardoor dit verhaal een mooie, fijn-mysterieuze toets krijgt. De tekeningen van Mattias De Leeuw (geen familie) zijn zwierig als altijd, maar nu ook ingetogen, althans: qua kleurgebruik. In brede platen, die vaak over de grens van de spreads heen lopen schildert hij dit sprookje helemaal open voor de lezer en de kijker.
Ik ben fan van de Argentijnse Isol. Ook haar laatste in het Nederlands vertaalde prentenboek Wat doen we met Toribio vind ik weer fijn. Het is misschien wat minder absurd dan sommige van haar andere boeken (hoewel...) - de besprekingen daarvan lees je overigens hier - maar het is heerlijk om Isols humor en ook haar beeldtaal weer terug te zien. Toribio is een peuter die het zijn ouders niet makkelijk maakt: hij heeft veel te veel energie, en zijn vader en moeder zijn dus doodmoe. Ze raadplegen een dame die met toverachtige middelen hun Toribio in een rustig schepseltje verandert. En dan... (zie het boek voor de toch eigenlijk wel best absurde afloop). Op naar nog weer méér Isol!
In De boomhut van Niel hanteert Robbe De Vos een geheimzinnig taalpalet. Het gaat dan ook over wat een bedroefd jongetje kan doen als het veel te stil wordt, omdat hij zijn opa mist: een geheime boomhut bezoeken, waar die opa dan toch terug te vinden is. De tekeningen van Charlotte Severeyns zijn al net zo tevoorschijn gedroomd als de tekst en als de geheime boomhut zelf. Het levert een sterk sferisch, tastend prentenboek op, met een paar spreads die net zo mooi zijn als het aantrekkelijke omslag.
zondag 4 november 2018
EEN STORMACHTIG JAAR VOOR OLLE EN LENA - Maria Parr (Lannoo)
Een paar jaar geleden verscheen het heerlijke De wonderlijke lotgevallen van Olle en Lena van de Noorse auteur Maria Parr (en daarna haar Tonje en de geheime brief), maar goed, nu grijpt Parr dus terug op haar hoofdduo van haar debuut. Een debuut dat in Scandinavië vele prijzen won, en in de Lage Landen zowel een Boekenwelp als een Zilveren Griffel.
Niet simpel, zo'n deel twee. Maar laat het meteen duidelijk zijn: dít tweede deel is net zo goed als het eerste.
Olle en Lena wonen hoog in Noorwegen, in een soms onherbergzaam klimaat. Ze zijn 'buurtjes', beste vrienden en inmiddels twaalf jaar. Olle heeft drie broers en zussen en Lena is enig kind - ze hoopt vurig dat daar verandering in komt. In dit deel raakt hun vriendschap bedreigd door de komst van een lieflijk (Nederlands!) meisje, dat vlakbij komt wonen. Olle valt als een blok voor haar, en Lena lijkt sowieso steeds woedender te worden. Dan is er ook Olle's opa nog, die niet toe wil geven dat hij ouder wordt en dus nog steeds zonder veiligheidsmaatregelen te nemen met zijn boot Trol de zee op gaat.
Dit boek bevat avontuur (soms héél ruig!), vriendschap en liefde en alles wat daardoorheen schuurt, gezinswarmte, natuur, zee, eenzaamheid, donkerte, licht. En dat in de prachtige stijl van Parr - lees maar:
'Ik dacht meer en meer aan Birgitte. Het was een beetje alsof er een zachte vogel midden in onze klas was geland, eentje die verder keek dan wat er stom en dom aan mensen was.'
Met dit tweede deel wekt Maria Parr leeslust op naar nog meer delen én bevestigt zij haar naam als wereldschrijfster.
Dit boek werd uit het Noors vertaald door Bernadette Custers.
Niet simpel, zo'n deel twee. Maar laat het meteen duidelijk zijn: dít tweede deel is net zo goed als het eerste.
Olle en Lena wonen hoog in Noorwegen, in een soms onherbergzaam klimaat. Ze zijn 'buurtjes', beste vrienden en inmiddels twaalf jaar. Olle heeft drie broers en zussen en Lena is enig kind - ze hoopt vurig dat daar verandering in komt. In dit deel raakt hun vriendschap bedreigd door de komst van een lieflijk (Nederlands!) meisje, dat vlakbij komt wonen. Olle valt als een blok voor haar, en Lena lijkt sowieso steeds woedender te worden. Dan is er ook Olle's opa nog, die niet toe wil geven dat hij ouder wordt en dus nog steeds zonder veiligheidsmaatregelen te nemen met zijn boot Trol de zee op gaat.
Dit boek bevat avontuur (soms héél ruig!), vriendschap en liefde en alles wat daardoorheen schuurt, gezinswarmte, natuur, zee, eenzaamheid, donkerte, licht. En dat in de prachtige stijl van Parr - lees maar:
'Ik dacht meer en meer aan Birgitte. Het was een beetje alsof er een zachte vogel midden in onze klas was geland, eentje die verder keek dan wat er stom en dom aan mensen was.'
Met dit tweede deel wekt Maria Parr leeslust op naar nog meer delen én bevestigt zij haar naam als wereldschrijfster.
Dit boek werd uit het Noors vertaald door Bernadette Custers.
Labels:
kinderboek,
lannoo,
Maria Parr
donderdag 1 november 2018
MAJOOR ROSALIE - Timothée de Fombelle & Isabelle Arsenault (Querido)
Soms hebben we het er in ons huidig kinderboekenklimaat een beetje moeilijk mee: boeken die net niet helemaal in het stramien passen. Die boeken vallen nog weleens tussen wal en schip. Dat kan wellicht gebeuren met Majoor Rosalie, en dat zou zonde zijn, want dit boek is een parel.
Het formaat en de cover doen een beetje prentenboekachtig aan, en de hoofdpersoon - de kleine Rosalie - is vijf jaar oud. Maar we moeten ons niet vergissen: dit is een fijnzinnig verhaal voor kinderen vanaf een jaar of tien - en daarna voor iedereen.
Het boek speelt tijdens de Eerste Wereldoorlog. De vader van Rosalie vecht in de loopgraven, en haar moeder werkt in een munitiefabriek. Rosalie wordt daarom overdag ondergebracht in een schoolklas, waar ze stilletjes op de achterbank moet zitten, tussen de jassen van de oudere kinderen. Daar heeft ze, volgens zichzelf, een geheime missie, want ze ziet zich niet alleen meer als Rosalie, ze is Majoor Rosalie.
Wat volgt is een schitterend, aandoenlijk, pijnlijk verhaal, met een heel bijzondere ontknoping. Timothée de Fombelle is de auteur van de klassieke boeken over Tobie Lolness, en van historische boeken als Vango. In prachtige taal trekt hij ons helemaal de wereld van Rosalie in. Die wordt nog verder in beeld gebracht door de tedere tekeningen van Isabelle Arsenault. Dus: laten we met z'n allen zorgen dat dit warme boek landt - het verdient het.
Dit boek werd vertaald door Eef Gratama.
Het formaat en de cover doen een beetje prentenboekachtig aan, en de hoofdpersoon - de kleine Rosalie - is vijf jaar oud. Maar we moeten ons niet vergissen: dit is een fijnzinnig verhaal voor kinderen vanaf een jaar of tien - en daarna voor iedereen.
Het boek speelt tijdens de Eerste Wereldoorlog. De vader van Rosalie vecht in de loopgraven, en haar moeder werkt in een munitiefabriek. Rosalie wordt daarom overdag ondergebracht in een schoolklas, waar ze stilletjes op de achterbank moet zitten, tussen de jassen van de oudere kinderen. Daar heeft ze, volgens zichzelf, een geheime missie, want ze ziet zich niet alleen meer als Rosalie, ze is Majoor Rosalie.
Wat volgt is een schitterend, aandoenlijk, pijnlijk verhaal, met een heel bijzondere ontknoping. Timothée de Fombelle is de auteur van de klassieke boeken over Tobie Lolness, en van historische boeken als Vango. In prachtige taal trekt hij ons helemaal de wereld van Rosalie in. Die wordt nog verder in beeld gebracht door de tedere tekeningen van Isabelle Arsenault. Dus: laten we met z'n allen zorgen dat dit warme boek landt - het verdient het.
Dit boek werd vertaald door Eef Gratama.
Abonneren op:
Posts (Atom)